logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

Hoe zit het met uw…

Auteur: Hans van Dijck

Een leidinggevende huurt een externe in om de boel op gang te brengen. Het docententeam moet ‘aangepakt’ worden! Docenten worden aangesproken op hun functioneren. Sommigen willen praten over hun lesgeven en hoe dat te verbeteren. Anderen komen in verzet en schakelen de vakbond in. Een van de beste docenten besluit te vertrekken. Zij kan niet meer tegen de sfeer die is ontstaan. Het resultaat van dit alles is niet onverdeeld positief. Van de regen in de drup, heet dat. Mijn vader was ongeduldig en een beroerd pedagoog. Een prestatie was nooit goed genoeg, altijd was er wat op aan te merken. Mijn moeder was geduldig en prees ons als we ons best deden. Samen waren ze redelijk yin yang. Permitteert u mij dit kleine uitstapje naar de opvoedkunde, nodig om beter zicht te krijgen op leidinggeven. In de VS is een discussie ontstaan over opvoeden. Veel ouders zien opvoeden als het positief bekrachtigen van gewenst gedrag, complimenten werken beter dan straffen. Een tegenovergestelde visie beschrijft Amy Chua, universitair docent rechten in Manhattan, in haar boek Battle Hymn of a Tiger Mother: “You can’t raise your child saying you’re perfect, you’re amazing, everything you do is amazing”. Chua is van Aziatische komaf en 100% prestatiegericht. Kinderfeestjes vond ze als moeder maar onzin, want haar drie dochters, inmiddels succesvolle jonge vrouwen, moesten piano leren spelen. Onlangs schreef Chua samen met haar echtgenoot Jed Rubenfeld een boek waarin ze verklaren waarom kinderen van bepaalde immigrantengroepen in school en maatschappij veel succesvoller zijn dan andere. In The Triple Package leggen ze uit dat de drie cruciale elementen daarbij van invloed zijn: superioriteitsgevoel (het gevoel beter te zijn dan een ander), een prikkelend gevoel van onzekerheid (het gevoel dat het nooit goed genoeg is) en het controleren van de eigen impulsen. Als dit drie cruciale elementen zijn voor het leveren van prestaties, zouden die ook niet kunnen gelden in werksituaties? En dan bedoel ik niet alleen bij het pedagogisch handelen richting leerlingen, maar ook als managementstijl, om medewerkers tot optimale prestaties te brengen. Dus (1) behandel uw docenten alsof ze speciaal zijn, ze zijn beter dan andere docenten; (2) geef ze niet te snel het idee dat ze er al zijn, met andere woorden, hun prestaties kunnen altijd nog beter; (3) zorg ervoor dat investeren in de toekomst voorrang krijgt boven consumeren in het nu, het genoegen van het succes straks is groter dan het korte-termijnplezier. In de casus aan het begin was aan de eerste voorwaarde niet voldaan. Er was geen trots, geen gevoel speciaal te zijn. De impliciete boodschap van de leidinggevende was tegenovergesteld. In die situatie werken hoge verwachtingen ook niet. Als het zelfbeeld laag is - en de leidinggevende bevestigt dat - dan worden hoge eisen als onredelijk ervaren. Mensen het gevoel geven dat ze speciaal zijn, betekent onvoorwaardelijke steun geven: Je bent goed (genoeg) zoals je bent. Complimenteren, prijzen en positief bekrachtigen is niet langer nodig als mensen een goed zelfbeeld hebben. Voortbouwend op dit fundament kunnen hoge verwachtingen worden uitgesproken. Anya Kamenetz vraagt zich af of complimenten überhaupt de prestatie verhogen: zij vindt feedback veel belangrijker. De triple package van Chua en Rubenfeld wordt dan: eigenwaarde, kwaliteitsgerichtheid en feedback, met als som prestatiegerichtheid en uiteindelijk resultaat excellentie, maar dat laatste vraagt wel wat geduld. Verder lezen Amy Chua and Jed Rubenfeld (2014). The Triple Package: What Determines Success. New York: Bloomsbury Anya Kamenetz (2014). The Difference Between Praise and Feedback. Zie: http://blogs.kqed.org/mindshift/2014/03/thedifference-between-praise-and-feedback/ ​Hans van Dijck is zelfstandig adviseur en interim-manager. E-mail: hvdijck@developmentconsult.nl.
Gratis
lees meer

Zenuwachtig

Auteur: Hartger Wassink

De groep mensen rond Jan Rotmans, waar ik het hier al eens eerder over heb gehad, heeft inmiddels een naam gekregen: United4Education.org. Onder deze naam groeit een divers netwerk van organisaties, scholen en individuele leraren en andere betrokkenen, die zich herkennen in een missie: het versterken en versnellen van de transitie in het onderwijs. Er zijn, terecht, wat kritische opmerkingen gemaakt over het modieuze karakter van de term transitie. Wat Jan Rotmans ermee beoogt, als ik het goed begrepen heb, is het duiden van de grote, onderliggende verandering die zich langzamerhand voltrekt in onze maatschappij. Niet alleen in het onderwijs, maar ook in de zorg, in de energie, in de media en in de manier waarop burgers en politiek met elkaar omgaan. Wat me in het verhaal van Rotmans intrigeert, is die duiding. Het gaat hem er niet om een blauwdruk voor te schrijven, maar om het signaleren van een onafwendbare verandering die overal zichtbaar is. Kijk naar hoe we met elkaar en de wereld in contact zijn, waar we onze informatie vandaan halen en wat dat betekent voor hoe we omgaan met gezondheidszorg, media, de politiek, elkaar. Vergelijk dat met 25 jaar geleden en je kunt niet ontkennen dat de verandering immens en onomkeerbaar is. Daar kan het onderwijs niet buiten blijven, omdat het onderwijs nu eenmaal een onlosmakelijk onderdeel van de maatschappij is. En dat is, niet toevallig, ook de basisgedachte van deze rubriek: het onderwijs bestaat uit een fijnmazig netwerk van allerlei betrokkenen, die ieder op hun eigen manier hun bijdrage leveren aan wat zij ‘goed onderwijs’ vinden. De vraag is: gaan we in dit netwerk toekijken hoe alles langzaam verschuift en hopen dat het goed komt, of gaan we proberen die verschuivingen op de juiste plekken te versnellen om de verandering te beïnvloeden? En waar moet je dan op letten? Jan Rotmans stelde ons de vraag: “Wie wordt er zenuwachtig van de transitie?” Want iemand die zenuwachtig wordt van verandering, heeft misschien een particulier belang, dat overeind gehouden moet worden, ook al is dat niet in het algemeen belang. Kijk naar de gevestigde orde in de omroepwereld, de zorg en de energiewereld. Aan alle kanten knagen kleine, flexibele en efficiënte initiatieven van burgers en bedrijven aan hun fundamenten. Hoe zit dat in het onderwijs? Ook daar zijn initiatieven zichtbaar, op allerlei scholen in allerlei plaatsen. Soms volledig nieuw, soms binnen oude structuren, en - een paar uitzonderingen daargelaten – veelal onder de radar van de landelijke aandacht. Begin september was onze groep uitgenodigd bij Paul Rosenmöller, voorzitter van de VO-raad. Ik was benieuwd hoe hij tegen de veranderingen aan zou kijken. Maar op het allerlaatste moment werd de afspraak afgezegd, met als reden ‘dat er te weinig bestuurders bij het gesprek aanwezig zouden zijn.’ Ik kon mijn oren niet geloven: zou de VO-raad nog werkelijk in die simplistische politieke verhoudingen denken? Plotseling begon het me te dagen: misschien zijn het wel niet de politici, de ambtenaren, de educatieve uitgevers en zelfs niet die eigenwijze eerstegraders, die verandering bedreigend vinden. Misschien zijn het wel vooral de bestuurders in het onderwijs die er zenuwachtig van worden. Wel jammer voor ze, dacht ik meteen. Want de transitie is niet alleen onafwendbaar, maar vooral: heel inspirerend. Werkelijke verandering komt van onderop, in nieuwe coalities van ouders, leraren en leerlingen. Daar zit de kern van onderwijs. Zij komen opnieuw tot een definitie van wat ze ‘goed onderwijs’ vinden. Als bestuurder hoef je alleen maar goed te luisteren en er, binnen een paar ruime kaders, je vertrouwen aan te geven. Ik hoop van harte dat ook de bestuurders over hun koudwatervrees heen zullen stappen. Hartger Wassink is onderzoeker en zelfstandig adviseur. E-mail: ecologie@hartgerwassink.nl
Gratis
lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper