logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen

EXAMENS 2007-01 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2007-01 maart 2007 WISCAT-pabo: een gestandaardiseerde toets in een maatkostuum Wiskundetoets voor PABO-studenten Gerard Straetmans en Theo Eggen Groter draagvlak en meer toegankelijkheid Advies over examinering in het onderwijs Betty Feenstra en Cees van Leest Herinneringen aan A.D. de Groot (1914-2006)  Hoogleraar, schaker, denkpsycholoog, methododloog, onderwijskundige wetenschapsfilosoof en essayist Don Mellenbergh Kwaliteitseisen voor EVC Erkenning van Verworven Competenties - EVC Desirée Joosten-ten Brinke Uit de praktijk. Toetsresultaten te laat ingeleverd Wim Gijselaers Een nieuwe rubriek: Terecht of niet? Henk van Berkel Terecht of niet? Frauduleus handelen? Henk van Berkel Gastcolumn: 'Doctor Erik' Dr. Erik M. Een praktijkgericht examen op maat  Inburgeren in Nederland Kaatje Dalderop en Gunter Maris Literatuur Wie zijn wij? Agenda Verenigingsnieuws Een nieuwe uitgever. Met dit nummer gaat EXAMENS de vierde jaargang in. Al die tijd had het tijdschrift een goed onderkomen bij uitgeverij Lemma. Lemma durfde het drie jaar geleden aan in zee te gaan met een nieuw tijdschrift. Inmiddels heeft het tijdschrift zich een goede positie verworven op de markt.  Begin 2006 is Lemma opgegaan in een groter conglomeraat van uitgevers. Dit bedrijf was van mening dat EXAMENS niet (meer) paste in zijn fonds en liet de NVE – de Nederlandse Vereniging van Examens – weten het driejarig contract niet te willen verlengen. Op initiatief van de redactie heeft de NVE een nieuwe uitgever gevonden: Kloosterhof. Uitgever Eric Vullers is een jonge uitgever met duidelijke ideeën over tijdschriften, vooral over de marketing ervan. Dat is belangrijk omdat naar het oordeel van de NVE en de redactie er groeimogelijkheden zijn. Met ingang van de nieuwe jaargang introduceert de redactie een nieuwe rubriek: Terecht of niet? Daarin verschijnen korte artikelen gewijd aan zaken die bij examens geleid hebben tot vragen c.q. besluiten bij de commissie van beroep. Daarmee komt de rubriek Wat is…? te vervallen. Tevens bieden wij examenbureaus en examenorganisaties de gelegenheid zich in een kolom met een vast format te presenteren in de rubriek Wie zijn wij? De lay-out van het tijdschrift is enigszins aangepast, het lettertype is, mede op verzoek van lezers, iets vergroot, foto’s verschijnen nu in kleur en, belangrijker, de redactie is niet meer gebonden aan een vast aantal pagina’s. Afhankelijk van het aantal bijdragen en de lengte ervan, en het advertentieaanbod, past de uitgever het aantal pagina’s aan. Kijk ook op de nieuwe site van EXAMENS: www.e–xamens.nl. De redactie is met de NVE van mening in Uitgeverij Kloosterhof een goede partner gevonden te hebben. In gezamenlijke inspanning willen wij ervoor zorgen ook de komende jaren theorie en praktijk en het wel en wee van toetsing en examens in woord en beeld voor het voetlicht te brengen. De hoofdredactie

€ 6,95

EXAMENS 2006-04 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2006-04 december2006 Portfolio Een begeleidings- en evaluatie-instrument Henk Moelands De digitale doorstroomkaart Een portfoliosysteem in de praktijk gebracht Jetty Pohlmann en Lody Smeets Kobus wordt kampioen  Gastcolumn Hans Verschoor Handboek Assessment deel I, gedragsproeven Gezien en gelezen Dr. Piet Sanders Onderzoek vanuit de studeerkamer In gesprek met Ben Wilbrink Henk van Berkel en Ton Luijten Een nieuwe rubriek: Terecht of niet? Henk van Berkel Naar een Europees kwalificatiestelsel (EQF) Met een Nederlands diploma aan het werk in Europa Annie Kempers en Francis Petel Training van examinatoren Kwaliteitsbewaking bij praktijkexamens Savantis Marianne Pieterse Taal als struikelblok Uit de praktijk.. Tirza van Dongen Een examen met p- en h-taken Wat is..... Henk van Berkel Competentiegericht toetsen ‘Ik wil studenten iets leren en niet alleen met die wazige competentie-onzin bezig zijn’, hoorde ik onlangs een hbo-docent in een radioprogramma over ‘de staat van ons onderwijs’ zeggen. Hij staat in die opvatting niet alleen. Al in 2002 schreef Klaas Westerhof, hoofddocent aan de RU van Groningen in het blad Skoop: ‘Competentie is een leeg en overbodig begrip.’Hij vond dat het begrip weinig toevoegde aan al bestaande concepten als vaardigheden en attitudes. En in de publieke opinie lijkt de pendule weer langzaam door te slaan naar het aanleren van kennis. Het standpunt is duidelijk: in het onderwijs kent elk begrip voor- en tegenstanders en iedereen houdt er eigen definities van deze begrippen op na. Ook politici bedienen zich in hun wervingscampagnes – wanneer ze hun bezorgdheid over het onderwijs willen uiten – van het jargon ‘kennismaatschappij’ en ‘kerncompetenties’. De vraag is alleen of ze zich bewust zijn van deze paradox. Want merkwaardigerwijs zijn de voorstanders van ‘competentietoetsing’ vaak geen pleitbezorgers van ‘kennistoetsing’. Het toetsen van competenties – waar op conferenties nogal eens luchtig over wordt gecommuniceerd – is een mijl op zeven. Als we onder competentie verstaan – en ik sluit me dan maar aan bij een algemeen gangbare definitie: een gewenste gedragsdispositie, bestaande uit een eenheid van kennis, vaardigheid en attitude – dan is het zeer de vraag of in die zin competenties als totaliteit ook met enig succes ‘meetbaar’ zijn. Het meten van kennis hebben we redelijk onder de knie, bij vaardigheden is het al een stuk lastiger, maar het meten van attitudes is tot dusverre nog niet zo erg gelukt. En dus moeten we het begrip competentiemeting voorlopig maar in de ijskast zetten en voor competentietoetsing naar andere wegen zoeken dan de klassieke meetparadigma’s. Het is ook zeer de vraag of je het complete competentiepatroon ook moet willen toetsen. Het begrip ‘competentie’ duidt ook veel meer op een opleidingsconcept. Competentie is het ankerpunt tussen opleiding en arbeidsmarkt. Daarbij gaat het om een onderwijsconcept dat meer vraaggestuurd is. Daarnaast kunnen ook uitstekende aanbodgerichte opleidingen bestaan, met name in het kunstonderwijs. Competentiegericht opleiden heeft te maken met de verantwoording van de praktijkrelevantie, om erkenning van diploma’s of certificaten door de beroepspraktijk. Het vervelende is alleen dat werkgevers minder geïnteresseerd zijn in het opleiden zelf en meer in het resultaat ervan. Daar zit een zeker spanningsveld dat opleidingsinstituten er nogal eens toe verleidt hun examens te afficheren als ‘competentiegerichte toetsen’. Wat dat dan ook moge zijn.

€ 6,95

EXAMENS 2006-03 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2006-03 september 2006 Het Inburgeringsexamen Buitenland: de Toets Gesproken Nederlands - De samenstellers aan het woord John de Jong, Anne Kerkhoff, Matthew Lennig en Petra Poelmans En we noemen het assessment … Over nut en noodzaakvan gedragsproeven Hans van der Stam Stoten aan de toetssteen Leren waarderen als grondslag voor beoordelen Ruud Duvekot Tien jaar Examenkamer In gesprek met Victor Geodvolk Henk van Berkel en Ton Luijten De kwaliteitswinst van het Jachtexamen Uit de praktijk... Kees de Kroon Wie betaalt de rekening? Extra vorzieningen bij examens Annie Kempers-Warmerdam en Fenneke van der Grinten Toetsbias en itembias Wat is ... Karin Bugel en Piet Sanders Literatuur Agenda Gastcolumn Gezien en Gelezen Verenigingsniews ‘A.D.’ Op 14 augustus jl overleed prof. dr. Adriaan de Groot op 91-jarige leeftijd, door de velen die hem beter kenden: ‘A.D.’ genoemd. Zijn werk heeft grote invloed gehad op het denken over evaluatie en selectie in het onderwijs. In 1950 werd hij hoogleraar in de methodologie van het psychologisch onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam. Dat was het startpunt van een reeks interessante onderzoeksprojecten en baanbrekende publicaties. Het boek Vijven en Zessen uit 1966 leidde enerzijds tot heftige discussies in onderwijskringen maar zette ook de toon voor nieuwe inzichten over beoordelen en beslissen. Methodologie uit 1961 verwierf internationale faam en kende vele herdrukken. Met Testmethoden ten dienste van het onderwijs, een rapport over een studiereis naar Amerika in 1958, legde hij de grondslag voor de oprichting van het Cito. Daarnaast was hij een vermaard schaker. Zijn proefschrift was gewijd aan het Denken van de schaker. Ook komt zijn naam voor in literaire kringen. Zo scheef hij in de jaren zestig opstellen over de achtergronden van de provobeweging en de studentenopstanden in het literaire tijdschrift Tirade. Ik ontmoette A.D. voor het eerst op een receptie na afloop van de promotie van Hildo Wesdorp in 1974. Daarna zat ik vele malen tegenover hem op een schaaksimultaan bij het Cito, waar hij zelden of nooit een partij verloor. Op Schiermonnikoog waar hij vanaf begin jaren tachtig woonde, kwam ik in de zomer van 1993 bij hem voor een interview ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van het Cito. In dat gesprek stak hij zijn kritiek op de onderwijspolitiek niet onder stoelen of banken: ‘Het privatiseringsspook waart ook rond in onderwijskringen. Privatisering is alleen nuttig als je concurrenten hebt. Onderwijs en onderwijsinstellingen integraal privatiseren is levensgevaarlijk. Komt dat allemaal in dat boekje terecht? Doe het maar, het is tenslotte niet de eerste keer dat ik me impopulair maak in politieke kringen.’ Najaar 2002 was de laatste keer dat ik bij A.D. op bezoek was. Hij leek ineens veel ouder. Soms raakte hij de draad van het gesprek kwijt en vroeg dan aan zijn vrouw: ‘Waar hadden we het ook weer over…’ A.D. is er niet meer. Zijn werk blijft echter een ijkpunt in de wereld van examens, toetsen en beoordelen. We komen op dat werk in latere afleveringen van dit tijdschrift zeker terug.

€ 6,95

EXAMENS 2006-02 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2006-02 mei 2006 Equivalering bij centrale examens voortgezet onderwijs - Hoe komt de normering tot stand? Melis Melissen KCE-audit® - Deugdelijk op basis van zelfevaluatie van de instellingen Adriaan Helderman en Teresa Wind Persoonscertificatie in opmars - Een diploma is meestal niet meer genoeg Paul Schröeder Ontwikkelingen in rijsimulatie - Uit de praktijk. Jacqueline Mathey Wel waarderen niet becijferen Het waarderen van creativiteit in het onderwijs. Jacob Oostwoud Wijdenes Over creativiteit als examenonderdeel - Van divergent naar convergent Ton Luijten Diploma of rijbewijs? - Gastcolumn Hubert van der Linden Itemresponstheorie (IRT)? Wat is ... Harry Molkenboer Literatuur Agenda Gastcolumn Gezien en Gelezen Verenigingsniews Examencentra en flexibel toetsen Henk van Berkel   Rond deze tijd van het jaar is het examencircus weer (bijna) achter de rug. De ene helft van Nederland heeft de andere helft weer geëxamineerd, zo heet dat dan. Nu is er ongetwijfeld weer veel geëxamineerd, maar die twee helften lijken mij zwaar overdreven. Toch wordt er ontegenzeggelijk zo rond de maanden mei en juni veel geëxamineerd, zowel in het reguliere onderwijs, als bij de private exameninstellingen.    Het is een merkwaardige gewoonte om net voor de zomer er aankomt, honderdduizenden een toets af te nemen. Daarna lonkt de vakantie. Mensen hebben iets afgerond, de geest is leeggemaakt en de vakantie kan beginnen. Maar net zoals een groot aantal jaren geleden de vakantiespreiding haar intrede heeft gedaan, om te voorkomen dat de campings, het luchtruim en wegen gedurende drie weken overvol raken, om vervolgens de overige 49 weken een noodlijdend bestaan te vieren, zo is het met examens gesteld. We hebben de  merkwaardige gewoonte laten ontstaan bij voorkeur in het voorjaar te examineren.   Er is in dit patroon enige verandering te bespeuren. Op last van minister Van der Hoeven van Onderwijs start er in januari 2007 een experiment met het spreiden van de centrale examens voortgezet onderwijs. Een goed begin. Maar het kan altijd beter. Flexibel toetsen is meer dan het spreiden van examens over een periode. Flexibele examens kennen keuzemogelijkheden. Deze kunnen betrekking hebben op het tijdstip van examineren – zoals in het voornoemde experiment het geval is – op de inhoud, de vorm en/of de plaats van het examen. Ontwikkelingen om de plaatsgebondenheid te doorbreken zijn interessant. Temeer omdat keuze van examenplaats een aanleiding kan zijn om ook het tijdstip van examineren te flexibiliseren. Immers, het is te verwachten dat verschillende afnametijdstippen zullen leiden tot het inrichten van speciale ruimten om te examineren. In de private examenwereld zijn die er al. Dat zijn goed geoutilleerde ruimten waarin kandidaten zonder de zweetgeur van een gymzaal of de lucht van een veehal hun antwoorden geven. De volgende stap is dan het toerusten van deze centra met computers waarmee kandidaten het examen afleggen. Ook dan zijn er weer talloze mogelijkheden. De computer als vervanger voor een pen-en-papiertoets is de eerste stap op weg naar vernieuwing. De vervolgstap zou zijn wanneer achter de computer een grote itembank schuilgaat waaruit kandidaten steeds een steekproef aan vragen krijgen voorgelegd. Dat geeft mogelijkheden om de tijdgebondenheid van examineren te doorbreken.Het wordt nog mooier wanneer de toetsvragen in de itembank de noodzakelijke vraageigenschappen hebben zodat ze kunnen worden toegesneden op het competentieniveau van de kandidaat. Dat geeft mogelijkheden tot adaptief toetsen en dus tot kortere examens. Een haalbare kaart bij centrale examens? 

€ 6,95

EXAMENS 2006-01 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2006-01 maart 2006 Schrijfvaardigheid en de rol van de computer Randy Elliot Bennett Tweede Fase en prestatieniveau: niveauvergelijking is geen sinecure Ed Kremers, Hans Kuhlemeier, Jan Wiegers Meer dan plagiaat alleen - Lapmiddelen tegen studiefraude Frank Bovenkerk Achterhouden van diploma (2) - Uit de praktijk. Hans de Heer Jaap Ruseler over de veiligheidsexamens Harry Molkenboer Adaptief toetsen in examens - Doeltreffend efficiënt Theo Eggen De nieuwe voorzitter van de NVE - In gesprek met Wouter Schoonman Henk van Berkel klassieke testtheorie? Wat is ...Jolanda Soeting en Harry Molkenboer Gastcolumn - De Uk op weg naar CBT Paul van Katwijk Literatuur Agenda Gezien en Gelezen Verenigingsniews   Gesjoemel? Ton Luijten   ‘In zijn rubriek “Onder onderwijzers” vraagt Martin Sommer zich af hoe het kan dat onze havo- en vwo-leerlingen massaal en riant hun eindexamen blijven halen, terwijl hun niveau door de invoering van de tweede fase aantoonbaar is gekelderd. Zijn conclusie is dat iemand ergens de cijfers kunstmatig hoog houdt en dat die iemand de leraar is. Nu zullen er best leraren zijn die sjoemelen, maar zelfs de grootste sjoemelaar is een kabouter vergeleken bij de CEVO. Deze Centrale examencommissie vaststelling opgaven stelt na afloop van het examen de normering vast, dus beslist welk cijfer hoort bij welke score. De CEVO doet dat onder directe verantwoordelijkheid van de minister van Onderwijs.’   In de aanval is hier Anneke Korevaar, lerares klassieke talen uit Rotterdam, in de Volkskrant van 10 november jl. Zij zag in de gunstige eindexamenresultaten van de laatste twee jaar de sturende hand van de minister of liever: de namens de minister opererende CEVO die ter wille van het welslagen van de tweede fase niet al te zwaar moest normeren. Dat het niveau aantoonbaar is gekelderd ontleende zij aan de klaagzang van het hoger onderwijs, vastgelegd in een rapport aan de minister, die daarop besloot de tweede fase met ingang van heden geleidelijk te slopen. De klacht van het hoger onderwijs dat er steeds minder opgeleide studenten komen is al zo oud als het hoger onderwijs zelf. Nog hoor ik eind jaren zestig het hooggeleerde eerste kamerlid Kortenhorst in een radio-interview verzuchten: ‘Het is te betreuren dat de huidige studenten geen fatsoenlijke brief meer kunnen schrijven.’ Het bleef een geliefd gespreksonderwerp onder professoren. Dat dit gejammer nu vastligt in een rapport aan de minister wil nog niet zeggen dat het bewijs ‘aantoonbaar’ geleverd is.    Vervolgens zij erop gewezen dat normhandhaving over de jaren heen een zeer lastig probleem is, met name in een tijd waarin onderwijsinhouden sterk veranderen. Dat was ook de reden dat een voorzitter van de CEVO zich in het juninummer 2005 van EXAMENS uitliet over de moeilijkheid van normhandhaving. En dat is nu juist met de invoering van de tweede fase gebeurd, met name in het vak klassieke talen. Zou het dat niet kunnen zijn? De exameneisen in een aantal vakken zijn drastisch gewijzigd en de examencijfers over de afgelopen vijf jaar met elkaar vergelijken is het vergelijken van appels met peren. Zeker is dat het geval bij de klassieke talen, waar het niveau, de beschikbare uren, de lesstof en de exameneisen zodanig veranderd zijn dat het toepassen van normhandhaving hier onmogelijk is. Als er iemand is die dat had kunnen weten was het wel mevrouw Korevaar. Examencijfers zijn dan aan schommelingen onderhevig: een zoektocht naar het gewenste niveau. Met ‘gesjoemel’ in de catacomben van het ministerie heeft dat weinig te maken. Elders in dit tijdschrift wordt dat nog eens uitgebreid uit de doeken gedaan. 

€ 6,95

EXAMENS 2005-04 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2005-04 november 2005 Het examenombudssysteem aan de K.U. Leuven Bart Dejonghe Pleidooi voor een EU-breed online raadpleegbaar diplomaregister Herman de Leeuw en Anne Poppema Het centraal examen en kandidaten met een handicap Ameling Algra Op zoek naar de besten Dato de Gruijter Uit de praktijk - Voorkomend probleem: achterhouden van diploma Rob van de Walle Wat is … moeilijkheid? Harry Molkenboer Een kijkje in de examenkeuken van de horeca Marcel van Holstein Scheidend voorzitter van de NVE- Piet Sanders Ton Luijten Gastcolumn - Gedragscode als wapen tegen prijsverhogingen  Henk Rugenbrink Literatuur Agenda Boekbespreking Verenigingsnieuws REDACTIONEEL Henk van Berkel Tweede beoordeling: een tweede kans? Op het moment dat u dit leest, bereiden schoolorganisaties maar vooral kandidaten zich al voor op de komende examens. Het jaarlijks examencircus gaat in het voorjaar weer beginnen. Te hopen valt dat veel kandidaten zullen slagen. Een goede voorbereiding op het examen zal de kans om te slagen doen toenemen. Gezien het belang van eindexamens mag je verwachten dat de uitslag een eerlijke afspiegeling is van de opgedane kennis en dat kandidaten die dat verdienen – dat wil zeggen zij die over voldoende kennis beschikken – ook zullen slagen. Dat klinkt vanzelfsprekend. Toch gaat er regelmatig iets mis. Afgelopen jaar moest er een rechter aan te pas komen om een kandidaat alsnog te laten slagen. De kandidaat kon aantonen dat de tweede beoordeling onzorgvuldig was geweest. Zoiets mag niet voorkomen. Daarvoor zijn de belangen te groot. Nu gebeuren er ieder jaar wel onregelmatigheden, maar betrokkenen weten dan vrijwel altijd achteraf oplossingen te vinden. Dat een kandidaat tot aan de rechter toe zijn gelijk moet halen, is zeer ongebruikelijk. Te vrezen valt echter dat dit vaker zal gebeuren. Wat stelt namelijk de onderwijsinspectie? ‘De huidige systematiek vormt geen waarborg voor de benodigde zorgvuldigheid.’ U leest het goed. De instantie die in Nederland belast is met het beoordelen van de kwaliteit van het onderwijs, en examens maken daar deel van uit, heeft als standpunt dat het gehanteerde systeem van examineren geen zorgvuldigheid garandeert. De inspectie zegt niet dat het een incident is geweest. Neen, ze stelt dat het systeem onvoldoende garanties biedt voor de nodige zorgvuldigheid. In gewone mensentaal staat er: het systeem deugt niet omdat de uitvoering van het systeem te veel ruimte biedt voor eigen interpretaties. En omdat er dit jaar geen veranderingen in de systematiek van de tweede beoordeling zijn aangebracht, valt te vrezen dat er wederom docenten zullen zijn die op een verkeerde manier de antwoorden van kandidaten zullen wegen waardoor kandidaten ten onrechte dreigen te zakken. De meeste kandidaten zullen zich neerleggen bij de uitslag van een examen en zien af van een rechtsgang. De kandidaat uit Limburg deed dat echter niet. En gelijk heeft ’ie gehad. Het is tegelijk verdrietig en hoopvol wat er is gebeurd. Het is verdrietig omdat is geconstateerd dat de systematiek waarmee jaarlijks meer dan 100.000 jongeren worden geëxamineerd niet deugt en er bovendien geen proces van verbetering in gang is gezet, het is hoopvol omdat de betreffende examenkandidaat met succes zijn tweede kans heeft aangegrepen om alsnog zijn felbegeerde diploma te behalen. Erg fraai echter is dit alles niet. Kandidaten hebben het recht om, zonder tussenkomst van een rechter, op een zorgvuldige manier te worden geëxamineerd.

€ 6,95

EXAMENS 2005-03 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2005-03 september 2005 Creativiteit in het kunstonderwijs Jacob Oostwoud Wijdenes en Paulien Oosterhuis Veranderingen in de Beroepsopleiding Advocatuur Fenneke van der Grinten Uit de praktijk - Examens in de veehouderij Klaas Jellema Het BOA-examen is een BOA-constrictor Gerrit Kempers Wat is… cesuur?​ M.H.M. Altemühl-Booltink Van plaatselijke willekeur tot een landelijk geobjectiveerde standaard? Jeanet van de Bunte en Harry Molkenboer Gemak en ongemak van regels en reglementen Maarten Heinemann en Annie Kempers Niet geslaagd, toch diploma Annie Kempers en Maarten Heinemann IN GESPREK MET PROF. DR. FONS VAN WIERINGEN, Jan van Dalen en Annie Kempers Gastcolumn - Help! De vooruitgang  Sebastiaan Steenman Literatuur Agenda Boekbespreking Verenigingsnieuws   REDACTIONEEL Ton Luijten   Nooit Gedacht   Daar bij die molen, die mooie molen…  in Warnsveld bij Zutphen werd op vrijdag 6 mei jl. het landelijk examen voor Vrijwillige Molenaars afgenomen. Via een bericht in de plaatselijke krant ben ik erheen gegaan, maar bij de oprit naar de molen stond nu een bord met daarop de mededeling: ‘Normaal gesproken is de molen geopend voor bezoekers wanneer deze draait. Op zaterdag 6 mei zal de molen gesloten zijn voor bezoek in verband met de molenaarsexamens.’ Niettemin lukt het mij een kort gesprek te hebben met een van de kandidaten die zojuist het examen achter de rug heeft. Hij vertelt mij dat hij zijn huisartsenpraktijk vaarwel heeft gezegd en nu gekozen heeft voor het molenaarschap. Met nog drie anderen heeft hij vandaag het landelijk examen van het Gilde van Vrijwillig Molenaar afgelegd. Wie slaagt voor dit examen kan in principe elk type windmolen zelfstandig gaan draaien. De examens worden telkens op een andere molen afgenomen. Dit keer is de keus gevallen op de molen ‘Nooit Gedacht’ in Warnsveld. Deze molen draait nog dagelijks en verkeert in een uitstekende conditie. Op deze molen zijn de afgelopen 35 jaar 40 vrijwillige molenaars opgeleid. Ook de voormalige huisarts heeft hier twee jaar lang de opleiding gevolgd. Gedurende die twee jaar maken de molenaars in spe kennis met wisselende weersomstandigheden gedurende twee keer vier seizoenen. Het is een heel karwei verantwoord om te gaan met een molen. Hij vertelt mij enkele facetten van het molenaarsvak en de termen die daarbij horen, zoals het ‘kruien’ als de wieken van stand veranderd en naar de wind gezet moeten worden, het bedienen van de ‘vang’ om de wieken te stoppen en het ‘luien’ oftewel het hijsen of neerhalen van de zakken meel.    De exameneisen zijn zwaar, want het uitoefenen van het beroep van molenaar heeft een hoog risicogehalte. Zomaar een folkloristisch certificaat is er niet bij. Hij wacht nu met spanning op de uitslag van het examen, want terug naar het dagelijkse spreekuur? ‘Dat liever niet.’ Hij vraagt of ik ook geïnteresseerd ben om van beroep te veranderen. Wanneer ik hem vertel dat ik er in dit tijdschrift een column over schrijf, is hij enigszins verbaasd 

€ 6,95

EXAMENS 2005-02 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2005-02 mei 2005 Erkenning van verworven competenties Ruud Klarus Systemen voor toets- en itemanalyse op de onderzoekstafel Alet Kapma Kwaliteitscriteria voor Competentie Assessment Programma’s Liesbeth Baartman, Theo Bastiaens, Paul Kirschner Uit de praktijk - Pleidooi voor onafhankelijke externe legitimering Frans van Heeswijk Wat is… een gesloten vraag?​ Jolanda Soeting Meervoudige keuzevragen Tecla Lampe en Theo Eggen De kwaliteitscommissie aan het werk Manon van den Brink en Trudy Heuves In gesprek met drs. Jan Bouwsma, Henk van Berkel en Ton Luijten Jan van Dalen en Annie Kempers Gastcolumn - Examineren blijft een vereiste  Petra Claessen Literatuur Agenda Boekbespreking Verenigingsnieuws VOORWOORD De lezer heeft gesproken Henk van Berkel Hoewel de redactie de rubriek Redactioneel wil wijden aan externe aangelegenheden, maken we deze keer een uitzondering. Bij het vierde en laatste nummer van 2004 is een enquêteformulier meegestuurd. Wij waren nieuwsgierig naar de meningen van lezers over EXAMENS en naar suggesties voor verbetering. De respons op de enquête was 10%. Hoewel de redactie dat niet veel vindt, wist de uitgever ons te vertellen dat dit percentage gebruikelijk is. Van de lezers heeft 92% hoger onderwijs genoten. Meer dan de helft kent EXAMENS via de NVE, waarvan 78% lid is, en 55% van de lezers ontwikkelt examens of coördineert de ontwikkeling ervan, meestal in de private sector. Alle rubrieken krijgen een positief oordeel, waarbij de rubrieken Uit de praktijk, Wat is ...? en Boekbespreking het hoogst worden gewaardeerd. Zowel de variëteit in onderwerpen, de diepgang en de leesbaarheid van de artikelen scoren hoog. Alles bij elkaar genomen verdient EXAMENS volgens de lezer een 8. Gezien de hoge waardering voor de inhoud, wekt het geen verwondering dat het merendeel van de lezers het blad praktisch van A tot Z leest. Hoewel er unanimiteit is over het oordeel over de vormgeving – alle respondenten vinden die goed – is er kritiek op het lettertype: dat is te iel en daardoor moeilijk leesbaar. De redactie heeft goede nota genomen van de mening van degenen die hebben gereageerd. Vooral uit de open antwoorden valt de conclusie te trekken dat onze lezers op de eerste plaats zijn geïnteresseerd in artikelen die een praktisch nut hebben. Bij het beoordelen van bijdragen zal daarom die invalshoek een belangrijke rol blijven spelen. Ook zal de redactie in overleg met de uitgever bezien in hoeverre het lettertype te verbeteren valt. Hoewel de redactie uiteraard zeer tevreden is over de geuite meningen van lezers, is het geen reden om achterover te leunen. We hebben ons ingespannen om de eerste jaargang tot een succes te maken. We gaan voort op de ingeslagen weg.

€ 6,95

EXAMENS 2005-01 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2005-01 maart 2005 Examens in Vlaanderen Roger Standaert Het KCE evalueert met audits Nanny Geurts Het verschil tussen kennen en kunnen Jasper J. Termeer Examens in de vastgoedsector Maarten Stellingwerf Wat is…een toetsmatrijs? ​M.H.M. Altemühl-Booltink Leidt meer meten tot meer weten? Gerben van Lent Sekseverschillen in examenprestaties Karin Bügel Niet geslaagd, toch diploma Annie Kempers en Maarten Heinemann IN GESPREK MET PROF. DR. FONS VAN WIERINGEN, Jan van Dalen en Annie Kempers Gastcolumn - Een goed advies?  Karl Dittrich Literatuur Agenda Boekbespreking Verenigingsnieuws VOORWOORD Pisa Ton Luijten Zelden heb ik iemand in mijn kennissenkring horen zeggen dat het niveau van het huidige onderwijs beter was dan in zijn of haar tijd. Nieuw is die overtuiging niet, want ik heb de indruk dat die al opgeld doet sinds het overlijden van Aristoteles. Ook de journalistiek is voortdurend op zoek naar rampverhalen over de kwaliteit van ons onderwijs. Theo van Gogh had de gewoonte regelmatig zijn columns te beginnen met de zin: ‘Toen er nog onderwijs was in Nederland...’ Gevraagde en ongevraagde adviezen aan de minister hebben veel weg van een klaagzang over het gebrek aan kennisoverdracht, gedemotiveerde leerlingen, de teloorgang van het vmbo, het toenemend aantal dropouts, kortom: over de deplorabele staat van ons onderwijs. Maar in al die treurnis lezen we in de Sinterklaasweek 2004 ineens het volgende persbericht in de kranten: Nederland in top 10 wereldwijd onderzoek prestaties 15-jarigen. Een onverwachte surprise! Nederlandse 15-jarigen doen het internationaal gezien goed in wiskunde, lezen, natuurwetenschappen en probleem oplossen. Niet niks! In een wereldwijd PISA-onderzoek (Programme for International Student Assessment), gehouden in dertig OESO-landen in 2003, behoort Nederland tot de toptien en laten we bijvoorbeeld de USA, Duitsland en Frankrijk ver achter ons. Hebben we hier van doen met een betrouwbare indicator van leerlingprestaties? We mogen veronderstellen van wel. In elk geval hou ik al die privé-meningen voor allesbehalve betrouwbare indicatoren.Onderwijsonderzoeker Sandbergen vergeleek een kwaliteitsindicator ooit met ‘een controlelampje in een niet al te dure auto’: het gaat branden als er iets aan de hand is zonder dat de precieze oorzaak bekend is. Maar bij PISA ging er geen lampje branden. Houdt dat in dat de onderwijsmotor veel beter loopt dan wij veronderstellen? Behoort het Nederlandse onderwijs tot de toptien? Heeft het ook geen zin meer, Nederlandse jeugd naar buitenlandse scholen te sturen? Scoren we alleen maar hoog tijdens een momentopname bij een drietal vakken, en kunnen we een eindeloze discussie starten over de kwaliteiten en betrouwbaarheid van een dergelijk onderzoek? Of geeft ook deze PISA een scheef beeld?  

€ 6,95

EXAMENS 2004-04 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2004-04 november 2004 Via internet thuis tentamen doen, kan dat? Marjolein Caniëls Het geven van cijfers blijft een probleem Henk van Berkel Ervaringen met de introductie van centrale examens in Centraalen Oost-Europa Annemarie de Knecht-van Eekelen Uit de praktijk - Een Amerikaans vliegexamen Marcel Warmerdam Wat is … een taxonomie?​ J. Soeting en ing. H.F.A.M. Molkenboer Beoordelingsmethoden voor het toekennen van individuele cijfers aan groepsproducten Anneke Bax Column -Paspoortfunctie? Ton Luijten Examens die niet voorspellen, kunnen die wel wat vóórstellen? Theo Eggen Hoe complex is Compex? Ton Luijten Gastcolumn - Nieuwe media en oude gewoontes  Jeroen Teelen Literatuur Agenda Boekbespreking Verenigingsnieuws REDACTIONEEL EXAMENS heeft in een van de voorafgaande nummers aandacht besteed aan het toetsen met behulp van de computer. Het openingsartikel in dit vierde nummer van de eerste jaargang gaat nog een stapje verder: toetsen via het internet. Niet iedereen is bij machte op een daartoe vereist tijdstip te verschijnen in de examenzaal, bijvoorbeeld vanwege een verblijf in het buitenland. De oplossing die in zo’n geval – wanneer het gaat om een door de overheid gesuperviseerd examensysteem - veelvuldig wordt gekozen is het afleggen van het examen in de Nederlandse ambassade van dat land. Wellicht is dat in de nabije toekomst niet meer nodig. Examens via het internet komen er aan. Hoe dat precies moet en hoe je valkuilen omzeilt, legt Caniëls u uit. Binnen het onderwijs is men hoe langer hoe meer er van overtuigd dat in vele beroepen samenwerking vereist.is. Dat gegeven heeft zich vertaald in allerlei onderwijsmethodieken waarin expliciet aandacht wordt gegeven aan het samenwerken. Het gezamenlijk tot stand brengen van een rapport of onderzoeksverslag, het in samenwerking ontwikkelen van een ontwerp, et cetera. Een dergelijke onderwijsmethodiek is een goede leerschool voor later. Maar er zijn ook problemen. Een diploma bevat geen namen van al degenen met wie je in de onderwijssituatie hebt samengewerkt. Een diploma is persoonsgebonden. Dat betekent dat de opleiding individuen moet examineren en niet groepen. In deze aflevering gaat Bax in op deze problematiek. Het Nederlandse examensysteem in het voortgezet onderwijs blijkt aantrekkelijk te zijn voor landen in Oost Europa. Hoe dat komt en welke ontwikkelingen er binnen de Oost Europese landen gaande zijn wordt belicht in een artikel van De Knecht. Met dit nummer is de eerste jaargang van ons tijdschrift afgerond. De redactie krijgt, gelukkig, veel positieve reacties op de inhoud van het tijdschrift. Dat is uiteraard bemoedigend. Redactie en uitgever hebben evenwel behoefte aan een wat meer systematische meningspeiling onder de lezers en abonnees. Daarom treft u hierbij een enquêteformulier aan waarin wij naar uw mening vragen en naar suggesties voor verbetering. De redactie dankt u bij voorbaat voor het invullen en retourneren van deze vragen.

€ 6,95

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper