logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

Op zoek naar de Holy Grail van LOB

Auteur: Rob Stufkens

Op 31 oktober vond in The Colour Kitchen in Utrecht de conferentie plaats: Waaraan voldoet een goed loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) programma?‘ Op zoek naar de Holy Grail van LOB’. Deze door AMN georganiseerde conferentie bood een inspirerende blik in de kleurrijke keuken van LOB vanuit een drietal invalshoeken: die van politiek en beleid, vanuit de wetenschap en vanuit de praktijk. Maar waar was de Holy Grail? (1) Indiana Jones Welke enthousiaste filmliefhebber kent niet de drie beproevingen die Indiana Jones in ´Indiana Jones and the last crusade´ moet ondergaan voordat hij uiteindelijk de Heilige Graal binnen handbereik heeft. Bovenal om daarmee het leven van zijn vader, Dr. Henry Jones sr., te redden. Zijn vader, die zijn hele leven al op zoek is geweest naar de Heilige Graal en daar een rijk geïllustreerd en indrukwekkend dagboek van heeft bijgehouden. Het dagboek dat de tijdens zijn leven verzamelde, benodigde schetsen, aantekeningen en aanwijzingen bevat voor zijn uiteindelijk doel: het vinden van de Heilige Graal. Van Heilige Graal naar LOB Voor wie zijn levensverhaal overziet, van een man wiens hele leven in het teken heeft gestaan van het zoeken naar en het bemachtigen van de Heilige Graal, met zijn uitdijend dagboek als leidraad, liggen de talrijke parallellen met LOB voor het oprapen. Indiana Jones en de Heilige Graal als spectaculaire metafoor voor LOB, zo zou de conferentie begonnen kunnen zijn. Het was dan ook bijzonder jammer en een gemiste kans om tijdens deze gehele conferentie niet één keer de Heilige Graal meer genoemd en gehoord te zien worden, alsof dat geen thema was. Terwijl die in de uitnodiging van de conferentie toch in één adem genoemd werd met een goed LOB-programma: Waaraan voldoet een goed LOBprogramma? Op zoek naar de Holy Grail van LOB. Zoals Indiana Jones aan het einde van de film uit tal van nepgralen de enige echte Heilige Graal moet kiezen, geldt dat echter niet voor LOB-programma’s. Er zijn meer goede LOB-programma’s denkbaar, was een van de uitkomsten van de conferentie. Als we daarbij maar rekening houden met wat er aan LOB-beleid wordt ontwikkeld, aan wat de wetenschap ons leert over het puberbrein en over het belang daarbij van ervaringen, emoties, intuïtie en dialoog. Dan dient er nog altijd wel een passende vertaling naar de praktijk van LOB plaats te vinden, en dat is complex genoeg. Daar ging de conferentie over. Is er dan geen Holy Grail van LOB? Vierluik Als we de opening door John Mulder, directeur van AMN, even buiten beschouwing laten (John Cleese nam die deels van hem over met een geslaagd impressionistisch en burlesk loopbaangesprek (2) ) bestond het programma uit een veelkleurig vierluik, met twee centrale delen: Renate de Groot van CELSTEC van de Open Universiteit te Heerlen met ´Het puberbrein moet kiezen. Hoe, wat, waar en wanneer?´ en Frans Meijers met ´De LOB-paringsdans. Kiezen of gekozen worden?´ Daaraan voorafgaand werd het linkerluik gepresenteerd door Frans van Hoek van Euroguidance/ CINOP onder de titel ´Ontwikkelingen in LOB-beleid – een Europees perspectief´, en afsluitend het rechterluik door Ina Tien van het Esdal College in Emmen over ´De praktijk van LOB´. Drie invalshoeken in een vierluik. Dat vraagt om een nadere toelichting. Ontwikkelingen in LOB-beleid – een Europees perspectief In een beknopt en helder overzicht schetst Frans van Hoek achtereenvolgens wat Euroguidance is en doet, hoe het LOB-beleid in nationaal en Europees perspectief eruitziet en het LOB-beleid anno 2013 om te besluiten met ´Hoe Nederland het doet in vergelijking met andere Europese landen ´. Euroguidance is het Nederlands Loopbaankennispunt EU en richt zich in dit kader op het halen en brengen van good practices. De focus ligt hierbij in 2013 op het mbo, op de onderwijsketen te weten: vo-mbo-ho en op het onderwijs, arbeidsvoorziening en arbeidsmarkt, wat zijn weerslag vindt in verschillende publicaties (3). Onmiskenbaar is dat loopbaancompetenties wezenlijk onderdeel uitmaken van de ‘21st century skills’, zeker tegen de achtergrond van life long learning (LLL). “Genetica is de architect, de omgeving is de aannemer” Met een aantal intrigerende uitspraken en stellingen over het puberbrein en onze hersenen weet Renate de Groot haar gehoor onmiddellijk te boeien en te prikkelen. “Worden schoolprestaties genetisch bepaald of zijn omgevings- factoren bepalend?” is een van de drie stellingen die Renate de Groot de conferentiegangers voorlegt. Zij blijken beide een bepalende rol te spelen: de genetica is namelijk de architect, de omgeving is de aannemer. Hersenonderzoek heeft inmiddels duidelijk gemaakt dat het brein tot op hoge leeftijd plastisch is en dat de hersenontwikkeling niet uniform is en doorgaat na het 20e levensjaar. Dat geldt met name voor de executieve functies zoals het stellen van doelen en informatieverwerking. Zo heeft onderzoek naar het keuzegedrag van leerlingen in Limburg laten zien dat pubers wel kunnen plannen en kiezen, maar voor de korte termijn, niet voor de lange termijn. En dat naarmate leerlingen ouder worden, zij beter in staat zijn tot keuzes op de lange termijn. Bij dat keuzegedrag spelen emoties en de invloed van de peergroep een belangrijke rol. Voor leren is stimulering door de omgeving essentieel. Ouders en onderwijzenden zijn als fruittelers: zij dienen te snoeien en te mesten. Een onderscheid tussen de linkeren de rechterhelft van de hersenen is volgens De Groot niet zinvol: bij tal van cognitieve activiteiten werken heel veel verbindingen tussen linker- en rechterhelft namelijk samen. Veel belangrijker is dat er bij leren door oefenen en training een verschuiving optreedt van actie achterin de hersenen naar actie voorin de hersenen. Dat verschaft ons belangrijke informatie. Wanneer je een schip wilt gaan bouwen Frans Meijers sluit in zijn als altijd sprankelende, enthousiaste en strijdbare one-manshow naadloos aan bij de uitspraak van De Groot door te stellen dat het onderwijs een slechte aannemer is. Het onderwijs is namelijk gebouwd op twee vanzelfsprekendheden: theorie vóór ervaring en van simpele naar complexe leerstof. Daardoor hebben leerlingen geen heldere toekomstoriëntatie en daarom geen duidelijke leervragen, wat uiteindelijk leidt tot ´kiezen = gekozen worden´. Hoe dan wel? Antoine de Saint-Exupéry (zie kader) kan ons hier de weg duiden: niet in de eerste plaats via de weg van informatie, maar allereerst door verlangen te stimuleren. Wat dat betreft, lijkt beroepskeuze op relatiekeuze: er is de fase van verliefdheid (de rol van ogen, oren en neus) en die van liefde. En de vraag is dus hoe kun je van verliefdheid echte liefde maken? Volgens Meijers door grenservaringen, dat wil zeggen door gesprekken over verleden en toekomst, door de levensgeschiedenis, het levensverhaal, te delen. Een goede dialoog is daarvoor onmisbaar. Onderzoek maakt duidelijk dat in het onderwijs de dialoog in hoge mate ontbreekt: in 73% van de gesprekken wordt er tégen de leerlingen gesproken, in 24% óver de leerlingen en slechts in 3% mét de leerling. Leerlingen leren echter pas in een dialogische omgeving. Zo is stage alleen niet voldoende. De leeromgeving dient dialogisch te zijn, dat wil zeggen dat leerlingen aan die ervaringen zin (voor henzelf) en betekenis (voor anderen) kunnen geven. Wil het onderwijs jongeren goed begeleiden, dan dient het mét jongeren te praten (en juist een goede dialoog is cruciaal bij LOB, dat leert mij ook mijn jarenlange praktijkervaring als schooldecaan op een roc), te vragen naar ervaringen, informatie te geven op basis van concrete vragen naar aanleiding van concrete ervaringen, en ruimte te maken voor intuïtie, waarbij het uiten en delen van emoties heel belangrijk is. De praktijk van LOB Als je als Ina Tien op het laatste moment moet invallen voor een ander, is dat niet eenvoudig. Zij kwijt zich knap van haar taak. Na de situatie van haar school, het Esdal College te Emmen, schetst Tien de geschiedenis van LOB op haar school, in het bijzonder het LOB-project vmbo-ZODrenthe 2008, waarbij dankbaar gebruik is gemaakt van de inbreng van Frans Meijers. Vijf punten zijn volgens haar bij de vormgeving van LOB binnen de school van belang: de voorbereiding, de planning, het draagvlak, de aanpak en de scholing, die ze vervolgens nader toelicht. In alle leerjaren worden dialooggesprekken gehouden, die worden geregistreerd en in verslagen vastgelegd. Ouders worden bij LOB betrokken door over hun beroepen te komen vertellen, deels in en deels na schooltijd. Sectorwerkstukken spelen eveneens een belangrijke rol bij LOB. Voor veel aanwezigen herkenbare onderwerpen. Al met al kunnen diezelfde aanwezigen terugzien op een geslaagde dag met waardevolle informatie. Nu de Holy Grail nog! Noten 1. Zie ook Rob Stufkens. Jaarrede Bve-jaarcongres 2002: ‘In het teken van de Graal’. In: Dekanoloog, 39/6, juni 2002, p. 6-8. 2. John Cleese. Job interview van de vocational guidance counselor (youtube). 3. Euroguidance Nederland/Cinop. Loopbaanontwikkeling van burgers. Stand van zaken. ’s-Hertogenbosch, 2012. Euroguidance Nederland/Cinop. Ouderparticipatie en ouderbetrokkenheid bij loopbaanbegeleiding. ’s-Hertogenbosch, 2012. Drs. R.D.H.(Rob) Stufkens is werkzaam geweest in het mbo en hbo, in verschillende bestuursfuncties bij de NVS, en is sinds 2010 lid van de ledenraad van de NVSNVL. Sinds 2004 coördineert hij in het Samenwerkingsverband BTZ de Beroepenoriëntatiedagen Techniek Zeeland (BTZ) voor 2e jaars vmbo-leerlingen in Noord- en Midden-Zeeland.
Gratis
lees meer

Boekbesprekingen thema 'Starten en Stoppen' april 2014

Auteur: Miranda van Eenennaam, Loes de Blok, Els Ackerman, Simon Alderliesten

Hartelijk getalenteerd Vier wie je bent en wat je kunt Paulien Vervoorn. Medema, 2013. ISBN 978 90 635 3655 8 Paulien Vervoorn belooft jongeren mee te nemen op ontdekkingsreis naar hun echte ik. Dit doet ze middels een grote hoeveelheid creatieve opdrachten, die meer zicht geven op unieke talenten. Ze beschrijft de noodzaak om ‘APK gekeurd’ te worden: sta stil bij je Aanleg, Persoonlijkheid en Karakter om te ontdekken wie je bent en wat je in je mars hebt. Aan de hand van inspirerende beschouwingen en oefeningen stimuleert ze persoonlijke ontwikkeling en bewustzijn. Steeds opnieuw wordt daarbij de koppeling gemaakt naar God. De opdrachten zijn talrijk, origineel en modern (monitor welke statussen je op Facebook leuk vindt en waarom). Door de praktische insteek kan het haast niet anders dan dat de wens van de auteur uitkomt: de lezer krijgt meer zicht op wie hij is en wat hij kan. Haar wens gaat echter verder dan dat: ze hoopt dat de lezer daardoor “het koninkrijk een stukje dichterbij brengt in zijn omgeving.” De schrijfster is dan ook duidelijk over haar doelgroep en richt haar pijlen met name op christelijke jongeren. Miranda van Eenennaam - organisatie-antropoloog Je tweede carrière Nieuwe loopbaankeuzes voor 45-plussers na herbezinning of ontslag Donald Suidman e.a. BigBusiness Publishers, 2013. ISBN 978 94 917 5700 6 De huidige arbeidsmarkt lijkt al lang niet meer op de arbeidsmarkt die de 45-plusser destijds voor het eerst betrad. Dit heeft tot gevolg dat de ‘ouderwetse’ manier van solliciteren niet meer afdoende is. Het is tijd voor nieuwe benaderingswijzen en verfrissende denkpatronen. De samenstellers van het boek hebben zich ten doel gesteld te inspireren, aan te zetten tot ‘buiten de lijntjes’ denken en tot het wegnemen van bezwaren. Daarbij is de boodschap reëel: de oudere werkzoekende loopt bij potentiële werkgevers tegen vooroordelen aan en het is zeker niet altijd gemakkelijk om deze uit de weg te ruimen. Van belang is daarom uit te gaan van de eigen wensen en kwaliteiten, bewust een eigen koers te varen en zichzelf helder en authentiek te verkopen. ‘Je 2de Carrière’ bestaat uit persoonlijke ervaringsverhalen, overzichten en statistieken waarin de arbeidsmarkt voor 45-plussers vanuit diverse perspectieven wordt belicht. Het boek bevat, net als een tijdschrift, een opvallende hoeveelheid reclame. Het is een goed startpunt voor een zoektocht. Niet zozeer ´na herbezinning´ zoals de subtitel zegt, maar vooral tér bezinning. Het verfrist, biedt inspiratie en energie en het voorziet de lezer van heldere aanknopingspunten voor vervolgstappen. Loes de Blok – loopbaancoach Handboek Zelfstandigen 2014 Voor freelancers, zzp’ers en eigen bazen Tijs van den Boomen. Nieuwezijds, 2013. ISBN 978 90 571 2401 3 ‘Handboek Zelfstandigen 2014’ is een naslagboek: je zoekt op wat voor jouw situatie belangrijk is. Bijvoorbeeld: freelancen in tijden van crisis (wed op meerdere paarden), Facebook voorbij (de zin en onzin van social media), samenwerkende zelfstandigen (van flexibele collectieven tot broodfondsen), een mogelijk nieuwe constructie van de VAR in 2015. De auteur ziet vijf categorieën: jong, flexibel, ondernemend, de klassieke freelancer, de parttime ondernemer, de zilveren zelfstandige, de ondernemer tegen wil en dank. In de inleiding geeft hij aan hoe je kunt onderkennen in welke categorie(ën) je valt en aan welke hoofstukken je veel kunt hebben. Praktische informatie vind je onder andere over: marketing, promotie, tarieven, netwerken, klanten binden, offertes, contracten, begroting, boekhouden, belastingaangifte, beginnen vanuit een uitkering, financieel stappenplan, verzekeringen en btw. Voor elke zzp’er een basisboek, ook voor cliënten die voor zichzelf willen beginnen. Bovendien uiterst leesbaar geschreven, wat je niet van alle handboeken kunt zeggen. Els Ackerman – loopbaancoach De ZIN aan het werk Over bezieling in leven en werken Marlou van Paridon. Wereldbeeld, 2012. ISBN 978 90 804 1960 5 ‘De ZIN aan het werk’ is een boek dat aan het denken zet. Hoe geef ik ´zin´ aan mijn leven? Het bevat persoonlijke interviews over zingeving op het fysieke, gevoelsmatige, mentale en het verbindende niveau. Levenswijsheid is te vinden om de hoek, als je aandachtig, oordeelloos en onbevangen durft te luisteren en vragen. Zin is voor iedereen anders en niet meetbaar, maar leven vanuit zin geeft iedereen eenzelfde drive en levenslust. Het boek bevat een aantal eenvoudige levenslessen die door hun lichtheid prettig ‘binnenkomen’: stel je oordeel uit, kom in beweging, wacht niet op de buitenwereld, kijk je gevoelens aan en vraag vaker om hulp. De ‘cirkel van ZIN’ is een eenvoudig instrument om de zin levend te houden. Het laatste deel gaat specifiek over organisaties. Een geslaagde zoektocht naar zingeving, bezieling, vrijheid en creativiteit met wijsheden uit de westerse en oosterse wereld. Als loopbaanprofessionals kan dit boek een instrument zijn om mensen te enthousiasmeren intens te leven en hun ZIN uit te diepen. Simon Alderliesten – loopbaanbegeleider
Gratis
lees meer

Stoppen. En dan?

Auteur: Els Ackerman

Jaren geleden had ik een cliënte die tijdens een outplacementtraject besloot om te stoppen met werken. Ze kon makkelijk een andere baan krijgen, was eind dertig en haar eigen werkgever was nog bereid tot herplaatsing. De andere deelnemers aan haar workshopgroep begrepen er niets van. Ze wilde niet meer meedoen met de sollicitatietraining en was niet van plan haar cv aan te passen. Een van de groepsleden heeft heftig op haar ingepraat. Hij was zelf in de markt voor zware managementfuncties en kon zich niet voorstellen dat zij het echt meende. Dat hij zijn baan was kwijtgeraakt voelde hij als een diepe belediging, en hij kon zich niet voorstellen dat hij zonder een mooie en interessante baan verder door het leven zou gaan. Dat hoefde ook niet, na enige mislukte sollicitaties vond hij een nieuwe spannende baan waar zijn kwaliteiten op prijs werden gesteld. Mijn cliënte – laat ik haar Lysette noemen - begreep wel dat de groep haar niet meer zag zitten na haar beslissing. Tenslotte had ze zelf jarenlang met groot enthousiasme gewerkt in een kleine organisatie die nu was opgeslokt door een bureaucratische moloch. Daar voelde ze zich niet thuis, was een radertje in de machine in plaats van de spin in het web. Ze had zich opgewerkt van administratief medewerkster tot leidinggevende en stond met hart en ziel achter de doelen van haar oude organisatie. In individuele gesprekken legde ze haar overwegingen op tafel. Ik liet haar de consequenties zien van haar beslissing, zowel voor de invulling van haar leven als financieel. Ze bleef bij haar keuze. Ze wilde andere dingen doen in haar leven dan geld verdienen voor een baas in een organisatie die haar verder niets zei. Ik moest aan haar denken toen onlangs iemand tegen me zei: ‘Ik word niet gelukkig van dit werk, van deze baan.’ Het klonk een beetje boos en een beetje wanhopig. In deze tijd worden we blijkbaar geacht blij te zijn dat we een baan hebben, geluk is even niet in de mode. Nee, hij ging zijn baan niet opzeggen, dat kon hij zich niet veroorloven, de huur moest tenslotte betaald worden. Maar als de recessie achter de rug was … Ik dacht ineens aan Lysette, met haar beslissing jaren geleden. Ze is gaan doen wat ze wilde, en een paar jaar later was ze dood. Overleden aan een ernstige ziekte. Nooit heb ik geweten of ze al wist van die ziekte toen ze haar keuze maakte. Garantie op geluk zit er niet in, welke beslissing je ook neemt. Els Ackerman is zelfstandig loopbaanadviseur in Rotterdam in haar Praktijk voor Loopbaanadvies en Coaching.
Gratis
lees meer

De lunch met Janny van Zuijlen

Auteur: Marlies van Venrooij

LoopbaanVisie had een inspirerende lunchafspraak met Janny van Zuijlen. Zij is een vrouw met veel kennis van en een duidelijke visie op het loopbaanvak en dus ook op het thema ‘starten en stoppen’. Zij is in 1960 gestart met haar eigen loopbaan en denkt nog lang niet aan stoppen. Zij heeft naast de praktische uitvoering als loopbaanprofessional aan de wieg gestaan van de leergang ‘Loopbaanontwikkeling’ bij Phoenix, waar zij ook vijf jaar directeur is geweest. Daarnaast is zij één van de initiatiefneemsters van ‘Het Vrije Atelier’. Sinds 1997 runt zij een eigen loopbaanpraktijk. Al met al is Janny al 44 jaar betrokken bij het loopbaanvak. Janny, waar precies ben jij gestart met je eigen loopbaan? “Na mijn opleiding aan de sociale academie ben ik gaan werken in Friesland als sociaal maatschappelijk werkster voor de kerk. Van mijn werkgever kreeg ik een auto en een huis en ik verhuisde naar Witmarsum.” Jij bent geboren in 1938 en volgens mijn berekening had jij al met pensioen mogen gaan. Voor veel werknemers wordt via een cao bepaald wanneer zij moeten stoppen met werken en jij werkt nog. Hoe kijk jij naar stoppen met werken? “Als je je werk leuk vindt, waarom zou je er dan mee stoppen? Je stopt toch ook niet met ademhalen of tandenpoetsen? Ooit ben ik drie maanden gestopt met werken. Dat was voor mij geen succes. Ik ben toen begonnen met een opleiding CoreTalents ® en een studie filosofie, daarna ben ik mijn klantenkring weer op gaan bouwen en trainingen gaan geven.” Welke betekenis heeft werken voor jou? “Voor mij geeft mijn werk een bevestiging van wie ik ben en wat ik kan. Daarnaast vind ik het een eer om iedere keer weer nieuwe mensen in mijn praktijk te ontvangen, die mij toestaan om met hen aan de slag te gaan. Ik kan er intens van genieten om het traject van verandering en inzicht met mijn cliënten mee te mogen maken.” Niet iedereen kan zijn hele loopbaan lang meekomen met de veranderingen op de arbeidsmarkt. Een actueel onderwerp is demotie. Hoe kijk jij aan tegen de mogelijkheid van demotie? “Demotie op zichzelf vind ik een rotwoord. Het klinkt oneerbiedig. Ik geloof wel dat je op deze manier mensen langer aan het werk kunt houden. De veranderingen op de arbeidsmarkt kunnen snel gaan. Niet iedereen kan aan die veranderende eisen in de markt blijven voldoen. Deze mensen willen wel blijven werken. Je kunt een stapje terug doen en dan ook minder betaald krijgen. Als je start met je loopbaan, krijgen medewerkers die nog niet geheel gekwalificeerd zijn voor een functie ook een lagere beloning. Waarom zou dit ook niet kunnen gelden aan het einde van je loopbaan?” Je hebt tijdens het Loopbaancongres in 2012 de workshop ‘De gelukkige loopbaanprofessional 3.0’ gepresenteerd. Wat is jouw toekomstbeeld van het vak? “Ik verwacht dat bedrijven geen genoegen meer nemen met trajecten waarin de cliënten worden gepamperd. Ik verwacht ook dat cliënten, die alleen maar worden gepusht naar een andere baan, afhaken. De loopbaanprofessional van de toekomst wordt meer sparringpartner voor de bedrijven en cliënten in hun nabije omgeving. De economie ontwikkelt zich mondiaal en tegelijkertijd regionaal. De loopbaanprofessional moet ervoor zorgen dat hij het aanspreekpunt wordt voor de bedrijven in zijn regio.” Dat klinkt goed, je eigen markt creëren in je eigen woonomgeving. Stel je werkt in een gemiddelde grote stad in Nederland en daar lopen nog eens vijftien loopbaanprofessionals rond van jouw kaliber. Hoe pak je dat dan aan? “Ik geloof niet in concurrentie. Als professionals zoek je elkaar op en kijk je waar je elkaar kunt ondersteunen. Belangrijk is dat je bij bedrijven in jouw regio gaat kijken waar jij hen op het gebied van hr kan ondersteunen. Jij wordt als adviseur het vaste aanspreekpunt. Ontmoet hen op ondernemersbijeenkomsten, houd lezingen en nodig ze uit om in gesprek te gaan over re-integratie, mobiliteit of werving en selectie.” Hoe denk jij dat de toekomstige arbeidsmarkt eruit gaat zien? “Ik verwacht dat er niet voldoende banen zullen zijn voor iedereen. De industrie wordt gerobotiseerd en in de dienstverlening worden ook zaken geautomatiseerd. We moeten andere manier vinden om mensen aan het werk te houden. Daar ligt een grote uitdaging.”
Gratis
lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper