logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen

Assessment: een zorgvuldig ontwikkelproces

Auteur: Catherine Tunissen

E. Roelofs & G. Straetmans (red.) (2006). Assessment in actie. Competentiebeoordeling in opleiding en beroep. Cito, Arnhem. ISBN-13: 978-90-5834-081-8. Het beoordelen van mensen in opleiding en van zittende beroepsbeoefenaren is niet nieuw. Iedereen die Examens leest, heeft daar op de een of andere manier mee te maken. Wat wel vrij nieuw is, is het scala aan beoordelingsinstrumenten dat hiervoor wordt ingezet. De zesde uitgave in de reeks Perspectief op Assessment biedt een brede doorkijk in de ontwikkelkeukens van diverse organisaties die gebruik maken van assessments. De samenstellers starten met een handzame en heldere uiteenzetting van de centrale begrippen in het ontwerpproces en de vraagstukken waarmee de ontwikkelaars worden geconfronteerd. Daarna volgen zeven uitgebreide beschrijvingen van assessmentvormen, bedoeld voor respectievelijk deelnemers in het mbo, studenten geneeskunde, medewerkers van uitvoeringsorganisaties op het terrein van de sociale zekerheid, weginspecteurs, leerling-autobestuurders, politieagenten-in-opleiding en tot slot leraren in het basis- en voorgezet onderwijs. Opvallend in alle artikelen is de zorgvuldigheid waarmee het ontwikkelproces van deze assessments is omgeven. Alle auteurs worden voor soortgelijke ontwerpdilemma’s gesteld en lijken gedeelde doelstellingen voor ogen te hebben: de kwaliteit van beoordelingen optimaliseren en verantwoorde uitspraken doen over competenties van degenen die beoordeeld worden. Tegelijkertijd blijkt dat de oplossingen die worden gekozen voor ontwerpdilemma’s sterk uiteenlopen. De kracht van de verschillende artikelen zat – voor mij althans – vooral in de onderbouwing van die keuzes en de beschrijvingen die de auteurs geven van wat zij zelf zien als de sterke en zwakkere kanten van hun instrumenten. Dat brengt me meteen op iets anders wat mij erg aansprak: de gevarieerde wijze waarop computers en multimediamogelijkheden worden ingezet als assessmentvorm. Er is tegenwoordig technisch héél veel meer mogelijk dan voorheen en goede computersimulaties lijken ook een stuk eenvoudiger en sneller te realiseren. Over een aantal van de beschreven instrumenten werd ik echt heel enthousiast – zozeer zelfs dat ik ze met een paar aanpassingen meteen zou willen inzetten bij de beoordeling van mijn eigen doelgroep, de politie. Dat gold in ieder geval voor de Dynamic Patient Simulator, bedoeld voor studenten geneeskunde, en de virtuele beroepsbekwaamheidstoets voor weginspecteurs. Net als bij de politie kan een verkeerde beslissing of handeling van een kandidaat in de praktijk letterlijk levens kosten – in simulaties als deze blijft de schade van fouten gelukkig beperkt. Toch vroeg ik me een paar keer af welke investeringen nodig zijn om te komen tot een goed multimedia-instrument en hoe de uitvoeringskosten zich verhouden tot de opleidingskosten en tot de kosten van meer traditionele vormen van beoordeling. Die kostenkant en de vraag binnen welke (harde) randvoorwaarden gewerkt moet worden, blijven helaas wat buiten beeld. Misschien iets als centraal thema voor een volgende editie van de reeks? Ik ben van mening dat de samenstellers een boeiend overzicht hebben gegeven van wat er inmiddels allemaal mogelijk is op dit gebied en hoe ontwikkelaars omgaan met de belangrijkste vraagstukken. Als lezer werd ik in ieder geval nadrukkelijk uitgenodigd om kritisch te kijken naar het ontwerpproces van mijn eigen organisatie en de beoordelingsinstrumenten die dat oplevert. Drs. C.A. Tunissen is psycholoog van arbeid en organisatie. Zij werkt als senior toetskundige bij Bureau Examinering van de Politieacademie.
Gratis
lees meer

Offshoring in het onderwijs?

Auteur: Piter Mandemaker

In het bedrijfsleven is het al lang gemeengoed om activiteiten uit te besteden naar het buitenland. Offshoring, zoals dit fenomeen genoemd wordt, is meestal een gevolg van de zoektocht naar kostenbesparingen. In het onderwijs is de druk om goede financiële prestaties neer te zetten niet zo hoog als in het bedrijfsleven. Maar samen met de zorg kampt het onderwijs met de grootse werkdruk zo laat de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2006 van TNO zien. In het bedrijfsleven en ook in de zorg zijn het veelal de zogenaamde backoffice-activiteiten die in aanmerking komen voor uitbesteding, bijvoorbeeld de verwerking van rekeningen en claims. De activiteiten die eerst in aanmerking komen voor offshoring zijn routinetaken die geen klant(student)contact vereisen. Ik pleit er voor om in navolging van het bedrijfsleven en ook de zorgsector bepaalde activiteiten in het onderwijs uit te besteden naar lagelonenlanden om de werkdruk te verlichten, en kosten te besparen. Als we kijken naar het onderwijsproces zelf, waar de werkdruk het grootst is, dan zijn er maar weinig onderdelen die routine zijn. Maar één onderdeel dat veelal routine is, is de examencorrectie. Docenten stellen als het goed is modelantwoorden op en kijken aan de hand hiervan examens na. Vooral als het om grote aantallen gaat, wordt het nakijken ervaren als saai en vervelend werk. Om de werkdruk van docenten te verlichten, en om het werk aantrekkelijker te maken, heb ik de afgelopen maanden onderzocht of het mogelijk is om de correctie van Engelstalige examens uit te besteden aan India. Dit in het kader van mijn scriptie en stage bij een groot documentmanagement bedrijf. Volgens mijn berekening, gebaseerd op cijfers van de database Studie Keuze Informatie (SKI) worden er in Nederland 560.000 Engelstalige openvraagexamens per jaar afgenomen, vooral bij economische studies. Deze 560.000 examens brengen een gigantische hoeveelheid nakijkwerk met zich mee. In India studeren jaarlijks honderdduizenden studenten af in een breed scala aan vakgebieden. Alhoewel de sterke economische groei in India de lonen doet stijgen, voorspelt consultant A.T. Kearney dat het nog zeker 20 jaar lang aantrekkelijk is om activiteiten naar India ui te besteden. Als het mogelijk is om voor een examen een gedegen modelantwoord op te stellen dan is het mogelijk om dit examen door een derde na te laten kijken, mits deze persoon over de nodige vakkennis beschikt. Zeker bij internationaal gerichte Engelstalige studies is de stof niet typisch Nederlands van aard. Vakken als wiskunde en natuurkunde zijn sowieso universeel. Maar ook marketing, management en human resources hebben universele elementen. De vraag is in hoeverre de typisch Nederlandse elementen een Indiër verhinderen om de examens na te kijken. Om een antwoord op deze en andere vragen te vinden hebben we samen met Netherlands India Information Services (NIIS) 20 examens van een International Business and Management opleiding gescand en naar India gestuurd om na te laten kijken. De definitieve resultaten van dit experiment zijn nog niet bekend. Maar de voorlopige resultaten zijn veelbelovend. Nieuws over dit project is te vinden op www.niis.nl. Met de grootste pensioengolf nog voor de boeg, is het hoog tijd om te kijken naar innovatieve manieren om de kwaliteit en betaalbaarheid van het onderwijs te waarborgen. Uitbesteding van bepaalde onderwijstaken zou hier een onderdeel van kunnen uitmaken. P. Mandemaker is student bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam.
Gratis
lees meer

EXAMENS 2007-02 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2007-02 juni 2007 Pleidooi voor verantwoorde examenprocedures Onderwijskwaliteit en toetsing Han Starren Staatssecretaris grijpt in Examensituatie in het MBO Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart Uit de praktijk. De competente diender Wouter Schoonman Stichting Vamex aangewezen voor examinering Examinering klein vaarbewijs en wijze van toezicht Arie Kwak en Annie Kempers Gastcolumn:Conventies en vernieuwing Jan Wagemakers Kwaliteitsimpuls voor praktijkbeoordelingen IBC als ontwerpmethode Bert Kok en Anneke Bax Branding van examens: kans of drama? Interview met Marc van Eck over het imago van examens Jeanet van de Bunte en Henk van Berkel Terecht of niet? De rechter grijpt in Henk van Berkel Examinering binnen het politieonderwijs De commissie van beroep Harm Hooghiemstra Examens op de computer: vragen en antwoorden Een verslag van de CBT conferentie 2007 Michiel Hoogers Gezien en gelezen Wie zijn wij? Agenda Verenigingsnieuws Gratis advies. De centrale examens in het voortgezet onderwijs zijn weer achter rug. Dit jaar voor het eerst afgenomen onder de eindverantwoordelijkheid van Ronald Plasterk, Minister van Onderwijs. Hij kreeg bij zijn aantreden in het Parool van 22 februari jl. een ‘gratis onderwijsadvies’ van partijgenoot Bart Tromp, socioloog, columnist en buitengewoon hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam. Na enkele open deuren over kwaliteitsverlies in het onderwijs en ontbrekende expertise in de adviesgroep van Mark Rutte, besteedde hij enkele regels aan het fenomeen examens: De logische stap die dan volgt, is ervoor te zorgen dat het centraal eindexamen, om te beginnen voor het vwo, weer over de hele linie wordt ingevoerd op basis van duidelijke criteria. Zodat het vwo-examen weer kan worden waarvoor het ooit was bedoeld: als toelatingsexamen voor de universiteit. Ik heb dit citaat enkele maanden laten liggen om het in examentijd in dit nummer vanwege de actualiteit boven tafel te halen. Het citaat kenmerkt de wijze waarop er in de universitaire wereld nogal eens geschreven en, naar ik aanneem, ook gedacht wordt over examens in het voortgezet onderwijs.Een niet ingewijde zou uit de formulering van de eerste zin kunnen opmaken dat er in het voortgezet onderwijs helemaal geen centraal examen bestaat. Maar zo ver van de werkelijkheid zal professor Tromp toch niet losgezongen zijn, veronderstel ik. Laten we het erop houden dat hij hier pleit voor het opstellen van duidelijke criteria. Maar ook wat hij daarmee beoogt is mij onduidelijk. Er is namelijk geen enkel instrument dat zo opgehangen is aan criteria en bedolven onder richtlijnen als de centrale examens voortgezet onderwijs. Vervolgens adviseert hij de minister het vwo-examen de status te verlenen van een toelatingsexamen. Goed dat AD de Groot het niet meer hoeft te lezen. Het is een van de twee: of er is, zoals de situatie nu is, een centraal examen met omnivalentie: het diploma geeft recht op toelating tot het hoger onderwijs of er zijn op elke specifieke studierichting toegesneden toelatingsexamens. Een combinatie van beide functies in één examen is een onmogelijke spagaat. Maar nog meer kenmerkend voor commentaren vanuit het hoger onderwijs is dat ze altijd gaan over het vwo-examen. Van een PvdA-partij-ideoloog zou men mogen verwachten dat de problematiek in het vmbo hem na aan het hart zou gaan. Het ontwikkelen van criteria betreffende de verhouding tussen theorie- en praktijkexamens is bijvoorbeeld interessanter dan de vraag of er nu wel of geen toelatingsexamens voor universiteiten moeten komen. Mijn ‘gratis advies’ aan Bart Tromp en de zijnen zou zijn: zich iets meer te verdiepen in de examenwereld van het voortgezet onderwijs. In elk geval heeft Plasterk daar nu, zo mogelijk, vier jaar lang de tijd voor gekregen.

€ 6,95

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper