Redactioneel
We kunnen er niet omheen: ongelijkheid is overal. Elke dag ervaren we de negatieve effecten van de toenemende ongelijkheid in de samenleving. We zien dit bijvoorbeeld in inkomensongelijkheid, waarbij de jonge generatie werkenden, ondanks een goede opleiding, soms niet rond kan komen, terwijl andere generaties het financieel goed hebben, met de zekerheid van de waarde van hun huis en spaargeld. We zien dat de kansenongelijkheid van kinderen al begint op de basisschool en voor het leeuwendeel afhankelijk is van de woonplaats of buurt en het opleidingsniveau van de ouders. En we zien dit als we kijken naar de ongelijkheid op het vlak van gender en ras, waarbij dus niet talenten en kwaliteiten de kansen bepalen, maar (voor)oordelen en aannames. Die ongelijkheid leidt tot verdeeldheid en draagt niet bij aan een gezonde cultuur. Ook niet op het werk. Onze omgeving en cultuur dragen bij aan ons welzijn. Of niet, zoals blijkt uit het artikel van Hans van der Loo. Hij geeft inzicht in de ontwikkeling van toxische werkculturen en wat een coach kan betekenen. Ik ben blij met dit thema en ik ben dan ook trots op de waardevolle artikelen in dit nummer. Maar er komt mij hierin geen eer toe. Als hoogopgeleide witte vrouw is het makkelijk om je kop boven het maaiveld uit te steken met een prikkelend nummer. Wellicht dat er een meneer valt over het artikel van Julia Wouters over gender en ons daarop aanspreekt. Maar zolang het niet viral gaat op sociale media, kunnen Julia en ik daar prima mee omgaan. Dat is onze luxepositie; als we bovendien ook nog eens van het mannelijke geslacht waren geweest, dan was die positie nog luxer geweest, zoals Julia in haar artikel onderbouwt. Hoe anders is dat als je Imran of Șeydâ heet. En bovendien een begeleidingskundige bent in een overwegend witte beroepsgroep. Als Imran of Șeydâ dan hun verhaal doen en daarmee lezers confronteren met pijnpunten, dan is hun positie kwetsbaar. Dan is het uitwerken van een artikel spannend. Dan draait het om lef. Ik ben blij dat Imran Çınar, Jeannette Bonnema en Şeydâ Buurman-Kutsal bereid waren in dit nummer hun stem te laten horen en inzichtelijk te maken wat we nog te doen hebben als beroepsgroep: stappen maken naar inclusiviteit. En zoals je ook kunt lezen in verschillende artikelen begint dat bij bewustwording. Samen kunnen we bouwen aan een inclusieve samenleving met een open aanspreekcultuur, waarbij we streven naar gelijkheid en een gezonde (werk)cultuur. Dat draagt bij aan stabiliteit, solidariteit en versterkt ons als groep, in plaats van dat het ons verdeelt. Dus kijk en luister en doe wat in verschillende artikelen naar voren komt: maak bespreekbaar wat besproken moet worden.
Marlies Jellema