logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

EXAMENS 2014-01 Volledige uitgave

INHOUD EXAMENS 2014-01 februari 2014 Het toetsen van referentieniveaus, stellen we aan alle leerlingen dezelfde eisen Saskia Wools en Anton Béguin Ieder zijn eigen toets? UDL als oplossing voor studenten met een functiebeperking Anita van Boxtel, Judith Jansen, Lex Jansen en Jackelien ter Burg Terecht of niet? 'Wie zelf schrijft...... moet wel zelf schrijven, Annemarie de Knecht-Van Eekelen Valideren van Examens, de 'argument based approach' voor valideren Brenda Zandsteeg en Marieke van der Schaaf Gastgedicht: De toetsconstructeur Uit: Lal Goerdayal(2013). Panorama van hetleven. Ervaringscertificaat versus diploma, wezenlijke verschillen tussen ervaringscertificaat en diploma, Annie Kempers-Warmerdam, Kerstin van Tiggelen en Fred de Bruin Software voor wiskundeonderwijs, Uit de praktijk, Marc Habbema Gezien en gelezen Literatuur/ Agenda Verenigingsnieuws Geslaagd? Dit jaar was ik in januari een paar weken in Zuid-Afrika en kon ik een nationale ‘happening’ meemaken, de bekendmaking van de eindexamenresultaten. In Zuid-Afrika worden de nationale eindexamens, de ‘Matriek’, afgenomen aan het eind van klas 12. De examenperiode is in november, want het schooljaar loopt van eind januari tot december. Op 7 januari 2014 kwam de minister van onderwijs op de tv met de resultaten van de Matriek 2013. Vol enthousiasme vertelde zij dat in vergelijking met 2012 het landelijk percentage geslaagden met 4,3% was gestegen van 73,9% naar 78,2%. Wat betekenen zulke cijfers? Mijn eerste reactie was ‘dan zullen de examens wel makkelijker zijn geweest dan vorig jaar’. Is dat een terechte reactie? Voor zover ik weet doen ze in Zuid-Afrika nog niet aan equivaleren of iets dergelijks, dus het is inderdaad de vraag of de examens van jaar tot jaar dezelfde moeilijkheidsgraad hebben. Maar goed, ik kan me vergissen, zo goed ingevoerd in het Zuid-Afrikaanse onderwijssysteem ben ik nu ook weer niet. Dus ik vroeg het aan een goede kennis, zij is hoofd van een basisschool. Haar antwoord was: ”Het is een verkiezingsjaar, dus ze willen graag mooie resultaten laten zien”. Nog een paar cijfers. In 2008 hadden zich 533.561 kandidaten ingeschreven voor de Matriek van wie 62,5% is geslaagd. In 2012 waren er 511.152 kandidaten, in 2013 waren het er 562.112. Dramatisch zijn de slaagpercentages voor wiskunde: in 2012 54%, in 2013 wel meer, maar nog slechts 59,1%. Er zijn grote regionale verschillen. De Westkaap (de provincie waarin Kaapstad ligt) telt een slaagpercentage in 2013 van 85,1%, de naburig provincie Oostkaap slechts 64,9%. Het ongeloof over de sterk verbeterde cijfers is groot. Een veel gehoorde verklaring is dat scholen de leerlingen die mogen deelnemen aan de Matriek al in klas 10 selecteren. Op sommige scholen stroomt de helft van de leerlingen in klas 10 uit en verlaat dus het onderwijs zonder diploma. De mening overheerst dat het civiel effect van de Matriek laag is. Interessant zijn de reacties in een van de kranten, Die Burger, een Afrikaanstalige krant, vooral gelezen door blanken. Hoewel Afrikaans lijkt op Nederlands, is het echt een andere taal, maar de citaten hieronder hebben volgens mij geen vertaling nodig. Zorg is er over het niveau dat onvoldoende is om door te stromen naar universiteit of arbeidsmarkt: ‘Dit voorspel ’n werk mag wat in baie opsigte nie die mas gaan opkom nie’. Leerlingen doen naast de Matriek andere examens om zekerder te zijn van de waarde van hun diploma: ‘Dit is waarom al meer mense buitenlandse eksamens skyf - Hoofsaaklik Brits en Amerikaans’. Universiteiten selecteren niet op Matriek resultaten maar op de cijfers van klas 11. Een cynicus schrijft over het staafdiagram met cijfers in de krant: ‘Goeie nuus wel, oor n paar jaar sal die tipe statestiek nie saak maak nie, want niemand sal dit kan verstaan nie’. Het is niet eenvoudig om een betrouwbaar examensysteem te creëren. In Nederland lukt het, laten we er zuinig op zijn. Mw. dr. A. de Knecht-van Eekelen is hoofdredacteur van EXAMENS. E-mail: a.van.eekelen@gmail.com

€ 6,95

Toetsen in het hoger onderwijs

Auteur: Alex van de Kerkhof

Henk van Berkel, Anneke Bax, Desirée Joosten-ten Brinke (redactie) (2014). Toetsen in het hoger onderwijs. Derde, geheel herziene druk. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. ISBN 978-90-368-0238-3. € E44,95. Om hun accreditatie te behouden, moeten de opleidingen in het hoger onderwijs tegenwoordig voldoen aan de standaarden van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Zo moeten de opleidingen voor een adequaat toetssysteem zorgen en worden voor de tussentijdse en afsluitende toetsen stevige kwaliteitscriteria gehanteerd. Dit gegeven was voor de redactie van het handboek Toetsen in het hoger onderwijs een van de aanleidingen om een nieuwe druk uit te brengen met geactualiseerde en met nieuwe hoofdstukken over toetsbeleid, formatief toetsen, rubrics, onderzoeksvaardigheden, generieke competenties en landelijke kennistoetsen. De praktische, veelal ambachtelijke hoofdstukken met basale stof, zoals die over open en gesloten vragen, over normeren en cijfergeven, zijn gelukkig gehandhaafd gebleven. Toetsen in het hoger onderwijs bestrijkt met vierentwintig hoofdstukken alle denkbare soorten van toetsen en aspecten van toetsen en mag daardoor gezien worden als een complete handreiking. Door de toegankelijkheid en de doorgaans prettige schrijfstijl is het boek overigens ook goed bruikbaar in het vo en mbo, en kan het gebruikt worden door alle professionals die zich bezig houden met de toetsconstructie. In het nieuwe hoofdstuk 3 ‘Ontwikkelen van toetsbeleid’ wordt onder andere ingegaan op toetsplannen, op de borging van kwaliteit, de rol, de regels en richtlijnen van en voor examencommissies en de verschillende rollen die de docent kan vervullen. De auteurs van dit hoofdstuk, Martens en Moerkerke, proberen medewerkers die in dit opgelegde toetsbeleid niet veel meer dan een papieren circus zien tot instemming te verleiden door te wijzen op de plicht die instellingen hebben zorgvuldig om te gaan met hun maatschappelijke opdracht. Hoofdstuk 4, niet minder nieuw, gaat over de landelijke kennistoetsen, die een uitvloeisel zijn van de onrust in de samenleving van enkele jaren geleden over de kwaliteit van de examinering in het hoger onderwijs. In dit hoofdstuk worden de voor- en nadelen van dergelijke toetsen besproken en zoomen de auteurs, Van Leuven en Lansu, in op de specifieke rol van de docent. Hun stelling is dat de laatste goed gefaciliteerd moet worden, want met het ontwerp van dergelijke toetsen is veel tijd gemoeid. In bepaalde opzichten doet dit handboek dus ook programmatisch aan. Hoofdstuk 8 behandelt het formatieve toetsen, met een goede begripsbepaling, een stevige theoretische onderbouwing, een beschrijving van effectieve methoden van formatief toetsen en, naar analogie van de andere hoofdstukken, veel aandacht voor de rol van de docent. Juist dit hoofdstuk maakt duidelijk dat veel van hedendaagse onderwijsgevenden wordt gevergd en dat degelijke scholing op het vlak van toetsing en examinering onontbeerlijk is. Handig voor studie en de praktijk van alle dag zijn de vele overzichtelijke schema´s en controlelijstjes in het hele handboek. Behalve veel aandacht voor recente ontwikkelingen schemert in een enkel hoofdstuk ook de toekomst door. Gaan daarin computers de werkstukken van onze studenten nakijken en beoordelen? In het hoofdstuk ‘Digitaal toetsen’ nemen Draaijer, Van Boxtel en Van Brunschot daarover een genuanceerd standpunt in. Het herziene en uitgebreide Toetsen in het hoger onderwijs is ook vanwege het handige lexicon en de lijst van referenties meer dan de moeite waard. De heer drs. A.J.M. van de Kerkhof is redacteur van EXAMENS. E-mail: Alex.vandeKerkhof@cito.nl.
Gratis
lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper