logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

Vrouw

Een nummer gewijd aan het thema vrouw. Voelt dat ongemakkelijk? Het antwoord is ja. Want bevestigen we de onterechte ongelijkheid van de ‘vrouw’, die is ontstaan doordat de man op allerlei terreinen centraal wordt gesteld, niet juist als we vrouwen apart behandelen? Juist géén onderscheid meer maken tussen man en vrouw, hielden sommigen ons voor – we zijn gelijk. En wat te denken van andere genders? Tegelijkertijd dachten wij ‘nee’. Want we vinden het juist belangrijk om tegenwicht te bieden aan het eenzijdige, man-centrische perspectief dat op allerlei vlakken domineert. En is het niet waanzinnig interessant en belangrijk om te leren van de ervaringen van vrouwen, en te onderzoeken wat de kracht is van ‘typisch’ vrouwelijke kwaliteiten in ons vak? Vanuit dat perspectief kregen wij vanuit het merendeel van de professionele gemeenschap met wie we dit bespraken veel steun voor deze keuze. Wij hebben bij het samenstellen van dit nummer veel geleerd. We zijn scherper gaan letten op de verschillen tussen vrouwen en mannen in onze eigen omgeving. Enkele decennia geleden ging de aandacht uit naar de expliciet maatschappelijke geaccepteerde ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Tegenwoordig is die aandacht verschoven naar een meer impliciete, maar niet minder ernstige ongelijkheid. Die is op allerlei terreinen zichtbaar. Van kinderboeken (met vrijwel altijd mannelijke hoofdrolspelers) en de medische industrie (met vrijwel altijd het mannelijk lichaam als prototype), tot aan de begeleidingskundige praktijk (waarin mannen domineren in de literatuur en het mannelijk perspectief vaak centraal staat in leiderschapsopleidingen). We verkennen het thema ‘vrouw’ vanuit diverse perspectieven zowel theoretisch, ervaringsgericht, systemisch als historisch. Het thema nodigt uit tot een brede blik. Welke beelden, overtuigingen of aannames kennen wij over vrouwelijkheid? En wat brengen we zelf in als begeleidingskundigen? Onze beelden van vrouw-zijn kleuren onvermijdelijk ons professionele handelen. We brengen dus, ondanks het aanvankelijke ongemak, een ode aan de vrouw, het vrouwelijke perspectief en vrouwelijke kwaliteiten. We hopen dat de bijdragen onze professionele gemeenschap aanzetten tot kritische discussies, het tegengaan van ongelijkheid en het vieren van ‘de vrouw’ in al haar facetten. Marlies Jellema, Carole van de Logt en Jorren Scherpenisse

Hoop

Wie alle actualiteiten op een rij zet denkt niet direct aan hoop. Toch, of juist daarom, gaat dit themanummer hier wel over. Want is hoop niet juist wat we nodig hebben in turbulente tijden? In een gedicht van Vaclav Havel over hoop staat een zin die ons bijbleef: ‘Hoop is ergens voor werken omdat het goed is.’ Deze gerichtheid op waarden herken je ongetwijfeld, als lezer, supervisor, coach of anderszins begeleidingskundige. Niet enkel het resultaat van het professioneel handelen is aan de orde in onze begeleiding, maar evenzeer de motivatie tot, het handelen zelf en de energie die erin aanwezig is. (Meteen leggen we een verband met eerdere themanummers van dit tijdschrift.) Hoop is niet hetzelfde als optimisme. Hoop is realistischer, zich ten volle bewust van obstakels op de weg naar verandering in de gewenste richting. Hoop kijkt nooit alleen naïef naar het positieve.  Toen we dit nummer samenstelden, konden we nauwelijks vermoeden hoe de wereld er uit zou zijn wanneer dit nummer bij je in de brievenbus valt: spanningen door oorlogen nemen toe, net als economische onzekerheid. Het is het gespreksonderwerp van de dag, ook in begeleiding. Er heerst verslagenheid en machteloosheid. De een wordt boos, de ander ontmoedigd. Het weerspiegelt wat we vaak zien bij de mensen die we begeleiden – die hun werk of de situatie waarin ze leven als uitermate frustrerend en soms uitzichtloos ervaren. Het is verrassend hoeveel mensen met het thema hoop en met het contrast ervan bezig zijn in hun dagelijkse professionele praktijk, in begeleiding, in reflectie, onderzoek en publicaties. Dit nummer volgt weer de gebruikelijke indeling: theoretische artikelen over hoop, berichten van professionals, interviews en een boekrecensie. Het merendeel van de bijdragen cirkelt rond het thema. We hopen – daar heb je het alweer – dat je als lezer inspiratie vindt voor eigen werk en leven! Hope brings comfort Feeds the needs Don’t I wonder where to go from here. Hope takes courage Play and wonder. Dare to feel the force of vulnerability. Uit Hope van An Pierlé Quartet Marlies Jellema en Wim Smeets

Energie (maart 2025)

VAN DE REDACTIE ‘Ik neem mijn energie voor lief. Ik wring haar uit alsof ze eindeloos is.’ Dit is de kop boven de column in het Algemeen Dagblad van 8 januari 2025 van Loes Wijnhoven, een van de tweelingzusjes van het bekende popduo Clean Pete. Energie in overvloed! Ook in het werk van begeleidingskundigen komt energie vaak aan bod. Hoog of laag in je energie zi􀆩en, energieslurpers, energie opladen … In haar column schrijft Wijnhoven over een presentatie van mensen met chronische pijn, die haar tot het besef bracht dat energie niet vanzelfsprekend is. Het is een kostbaar goed – net als de conventionele en groene energiebronnen op deze aarde. Het natuurhistorisch museum te Oxford besteedt aandacht aan het ontstaan van alle leven. Drie processen drijven al wat leeft voort, valt er te lezen op de informatiepanelen. De eerste is energie; daarna volgen nog structuur en reproductie. In de natuurkunde wordt energie uitgedrukt in joule, in de biologie heeft energie van doen met metabolisme, in de economie met het vermogen tot arbeid, in de geesteswetenschappen met de beschikbare levenskracht (Sigmund Freud sprak van ‘levensdriften’). In dit themanummer – waaraan gastredacteur dr. Fons Dekkers meewerkte – komen verschillende perspec􀆟even op energie naar voren, uit diverse wetenschappelijke disciplines. Van een  historischfilosofisch betoog tot een interview met een energetisch therapeut. Voor begeleidingskundigen is energie die mensen ervaren van belang, bij henzelf en bij de degenen die zij begeleiden. Wat zijn de overtuigingen en ervaringen van begeleidingskundigen en zij die begeleid worden? Waar komt hun energie vandaan en hoe kunnen ze hun energie weer op peil brengen? Door het organiseren van een geschikte werkomgeving bijvoorbeeld, of door het openen van de wortelchakra in de ruggengraat door kundalini-yogaoefeningen. Onze gastredacteur leidt met zijn bijdrage een aantal artikelen in, die achter elkaar in dit nummer zijnopgenomen. Vanaf dit jaar lichten we in elk redactioneel het thema van het betreffende nummer toe. Niet alle bijdragen passen naadloos in het gekozen thema. We willen immers ruimte hebben voor bijdragen die jullie als leden en lezers aanbieden. De lezer vindt daardoor in de inmiddels vertrouwde rubrieken een aantal aangeboden artikelen, die enigszins buiten dit thema vallen. Zoals altijd zijn we benieuwd naar reacties, commentaren en suggesties. We hopen dat deze editie ‘een boost van energie’ geeft!  Vanaf dit jaar hebben we een nieuwe eindredacteur. Jarenlang was Harry Haakman het vertrouwde gezicht – voor de lezer achter de schermen weliswaar – die alles in goede banen leidde. De redactie dankt hem zeer voor zijn deskundige begeleiding! Als nieuwe eindredacteur verwelkomen we Nick Oosterwijk. Met een achtergrond in geschiedenis en filosofie, werkt hij op diverse plekken als wetenschappelijk redacteur. Fons Dekkers, Carole van de Logt en Wim Smeets

Ego (december 2024)

Redactioneel   In dit nummer behandelen we een persoonlijk en veelzijdig thema: ego. Dat begint bij de vraag: wie ben ik? Dat lijkt misschien vanzelfsprekend, maar is het zeker niet. Ons ‘ik’ is niet alleen veranderlijk, maar ook meervoudig en staat altijd in relatie tot de ander. We vervullen verschillende rollen en soms ontstaan daartussen rolconflicten. Toch is het idee dat er een innerlijke ‘ik’ is. Maar zien we dat wel, als het omgeven is door lagen van bescherming die bewust en onbewust ons diepere zelf lijken te verbergen? Lida Schilder en Martin Schulz schrijven daarover.   Soms roept dit onderwerp negatieve associaties op. Neem de verruwing in de samenleving. In het nieuws gaat het vaak over geweld tegen hulpverleners, rellende hooligans en het bedreigen van bekende personen. Geweld doen we elkaar ook op minder zichtbare manieren aan. Denk aan intimideren, schofferen, gaslighting of het negeren van mensen in de privéomgeving of op de werkvloer. De ander lijkt soms nog van weinig betekenis als het om het (dikke) ik gaat. Ronald Wolbink en Sijtze de Roos schrijven in dit kader over verruwing in relatie tot ego’s.   De vraag naar het ik klinkt misschien filosofisch, maar kan niet minder alledaags en van directe, praktische betekenis zijn. Vanuit de dagelijkse praktijk van haar politieke bestaan als wethouder kijkt Marinka Mulder terug op wat haar ik al jaren motiveert om zich in te zetten voor de samenleving. Zo zien we ook een positieve kant van het ego, namelijk dat ‘dicht bij jezelf blijven’ van grote meerwaarde is. René Brohm gaat hier eveneens op in, vanuit het fenomeen vervreemding.   Wie (anderen) wil (helpen) veranderen, moet eerst zichzelf leren kennen en durven analyseren. Daarvoor is introspectie van belang, zelfonderzoek, en misschien ook wel het verwerken van ervaringen en herinneringen die het werkelijke ik belemmeren tot uiting te komen. Schaamte is daarbij een belangrijke emotie, ook om ongewenst gedrag als bullying te voorkomen, zo houdt Aukje Nauta ons voor. En Frans van der Lem neemt ons mee in zijn betoog over de noodzaak van lef tot zelfreflectie.   De ik-gerichtheid is overigens ook het gevolg van psychologisering die te ver doorschiet, zo zegt Bert Wienen in het interview over inclusief onderwijs. Caroline Bruins belicht dit op prachtige wijze vanuit het thema inclusie en diversiteit.   Marijke Spanjersberg, ten slotte, laat in haar column zien hoe we via ‘tussentaal’ niet de persoon, maar de relatie weer voorop kunnen zetten in de aanpak van problemen.   We hopen u als lezer met dit themanummer verschillende, rijke perspectieven te bieden op het ik-zijn, het ego en de relatie met de ander. Veel leesplezier! Martin Schulz (gastredacteur), Sietske Jans-Kuperus en Jorren Scherpenisse

Methodiek (september 2024)

Methodiek   Iedere begeleidingskundige heeft te maken met motivatie en zingeving. Motivatie is dat wat ons in beweging zet en zingeving is dat wat ons in leven houdt. Dat klinkt groots en dat is het ook. Nietzsche leerde dat ‘he who has a why to live can bear almost any how’. Met het kleiner worden van de invloed van instituten zoals de kerk moeten veel mensen elders op zoek naar zingeving. Zowel in onderzoek over welzijn, voornamelijk uit de positieve psychologie, als in theorieën over werkgeluk komt het belang van zingeving en motivatie voor ons welzijn onomstotelijk naar voren.   In de turbulente tijd waarin we leven en waar hoop onder druk staat door dreigingen op het vlak van vrede en klimaat, lijkt de behoefte aan zingeving toe te nemen. Al weten we niet altijd hoe en waar we die kunnen vinden. We willen dat ons leven ertoe doet en dat wat wij doen ertoe doet. Gesprekken over werk, ontwikkeling en groei gaan daarom vaak over zingeving. Een gebrek aan zingeving kan zichtbaar worden door wat ogenschijnlijk een gebrek aan motivatie lijkt. Maar is dat zo? Motivatie is ingewikkelder dan we denken. Over motivatie leven veel aannames die onze manier van werken en begeleiden beïnvloeden, maar het blijkt vaak anders te zitten dan we denken.   In dit nummer vind je een bloemlezing aan artikelen over deze thema’s. In het hoofdartikel bespreken Christa van Luijk, Hennita Kes en Marjo Boer een onderzoek over de motivatie tot intervisieleren. Over de vraag hoe supervisie het niveau van zingeving en spiritualiteit kan hanteren, buigen Theo Hettema en Wim Smeets zich. Rob d’Hondt en Marlies Jellema werken de methode motiverende gespreksvoering toepasbaar uit voor begeleidingskundigen.   Hoogleraar Maria van de Muijsenbergh was bereid tot een vraaggesprek over haar vroegere werk als huisarts voor kwetsbare doelgroepen; ze vertelt bevlogen over haar misse om zorg voor iedereen toegankelijk te maken. Lonny Hazen, Silvy Oostlander en Nico van der Leer vertellen ons in een ander interview over de noodzaak van supervisie en intervisie voor huisartsen.   Ook met de andere bijdragen hopen we inspiratie, reflectiestof en concrete handreikingen te bieden. Al is het maar om zingeving en motivatie tot onderwerp van gesprek te maken. Of het leven zin heeft is voor iedereen een persoonlijk vraag. Wat voorop staat is dat we er in ieder geval naar kunnen zoeken. En wellicht is dat zoeken al zingevend op zich, zoals Viktor Frankl stelt: ‘The meaning of life is to give life meaning.’   ​​​​​​​Marlies Jellema en Wim Smeets

Motivatie (juni 2024)

Iedere begeleidingskundige heeft te maken met motivatie en zingeving. Motivatie is dat wat ons in beweging zet en zingeving is dat wat ons in leven houdt. Dat klinkt groots en dat is het ook. Nietzsche leerde dat ‘he who has a why to live can bear almost any how’. Met het kleiner worden van de invloed van instituten zoals de kerk moeten veel mensen elders op zoek naar zingeving. Zowel in onderzoek over welzijn, voornamelijk uit de positieve psychologie, als in theorieën over werkgeluk komt het belang van zingeving en motivatie voor ons welzijn onomstotelijk naar voren.   In de turbulente tijd waarin we leven en waar hoop onder druk staat door dreigingen op het vlak van vrede en klimaat, lijkt de behoefte aan zingeving toe te nemen. Al weten we niet altijd hoe en waar we die kunnen vinden. We willen dat ons leven ertoe doet en dat wat wij doen ertoe doet. Gesprekken over werk, ontwikkeling en groei gaan daarom vaak over zingeving. Een gebrek aan zingeving kan zichtbaar worden door wat ogenschijnlijk een gebrek aan motivatie lijkt. Maar is dat zo? Motivatie is ingewikkelder dan we denken. Over motivatie leven veel aannames die onze manier van werken en begeleiden beïnvloeden, maar het blijkt vaak anders te zitten dan we denken.   In dit nummer vind je een bloemlezing aan artikelen over deze thema’s. In het hoofdartikel bespreken Christa van Luijk, Hennita Kes en Marjo Boer een onderzoek over de motivatie tot intervisieleren. Over de vraag hoe supervisie het niveau van zingeving en spiritualiteit kan hanteren, buigen Theo Hettema en Wim Smeets zich. Rob d’Hondt en Marlies Jellema werken de methode motiverende gespreksvoering toepasbaar uit voor begeleidingskundigen.   Hoogleraar Maria van de Muijsenbergh was bereid tot een vraaggesprek over haar vroegere werk als huisarts voor kwetsbare doelgroepen; ze vertelt bevlogen over haar misse om zorg voor iedereen toegankelijk te maken. Lonny Hazen, Silvy Oostlander en Nico van der Leer vertellen ons in een ander interview over de noodzaak van supervisie en intervisie voor huisartsen.   Ook met de andere bijdragen hopen we inspiratie, reflectiestof en concrete handreikingen te bieden. Al is het maar om zingeving en motivatie tot onderwerp van gesprek te maken. Of het leven zin heeft is voor iedereen een persoonlijk vraag. Wat voorop staat is dat we er in ieder geval naar kunnen zoeken. En wellicht is dat zoeken al zingevend op zich, zoals Viktor Frankl stelt: ‘The meaning of life is to give life meaning.’   ​​​​​​​Marlies Jellema en Wim Smeets  

Krapte in zorg en welzijn (Februari 2024)

In dit nummer lees je wat krapte in zorg en welzijn van begeleidingskundigen vraagt in de begeleiding van professionals en de organisaties waarin zij werken. We zetten onszelf meer en meer vast in een systeemwereld waarin vertrouwen geborgd lijkt te worden door vinkjes, protocollen en hokjes. De wereld is in transitie: ons (zorg)land bevindt zich in een liminale fase waarin het oude er niet meer is en nog niet duidelijk is wat (technologische) ontwikkelingen ons gaan brengen. Intussen hebben we het te doen met wat er nu is. Met een toenemende werkdruk en complexe vraagstukken enerzijds en een afname van professionals anderzijds, is het de kunst om zingeving te vinden, zonder daar al te hard naar op zoek te gaan, vindt Machteld Huber. Hoe dealen organisaties en professionals in zorg en welzijn met deze omslag? Wat betekent het voor hen om de ballen hoog te houden in de vloedgolf aan zorgvragen? Stil te staan bij de vraag wat het goede is, in de tijd die niet lijkt te bestaan? Professionele keuzes te maken binnen de enge ruimte van een steeds verder versmallend kader? Krapte maakt creatief, aldus Berdine Koekoek. Er zit een grens aan de mogelijkheden van hardwerkende mensen die, met een no-nonsense-ethos ‘doen’, in het hier en nu ‘zijn’, met zorg en aandacht voor de ander. De samenwerking met de directe naaste, de mantelzorger, wordt daarbij steeds belangrijker, schrijven Jeanette Langen en Wim Smeets. Als begeleider is het de kunst niet ingezogen te raken. Het is de kunst om te kunnen blijven kijken naar dat wat binnen je invloedssfeer ligt, de zin die je vertelt wat je te doen hebt. Het bespreken en kiezen van verschillende handelingsalternatieven, passend bij de eigen morele waarden, helpt de morele stress te verminderen, volgens Marleen Kraaij-Dirkzwager en Paul Brand.  Begeleidingskundigen kunnen hierin een belangrijke rol vervullen. Stilstaan, een beetje terugkijken, maar niet te veel. En vooral veel doen! Zonder woorden, handelen betekenis laten krijgen. Artistiek interveniëren bijvoorbeeld, zoals Lonneke Mertens laat zien. Zo, meent Berger, leren we zorg te zien als alomvattend en onzichtbaar tegelijk. Wij wensen je leesplezier met dit themanummer en hopen dat het inspireert om binnen je eigen invloedssfeer, vanuit de eigen morele waarden, een bijdrage te leveren. Sietske Jans-Kuperus en Wim Smeets

Het Brein (december 2023)

Het Brein   Een van de grootste mysteries van het leven is ons brein. Het regelt onze lichaams- en cognitieve functies en het helpt ons de wereld om ons heen en elkaar te begrijpen. Er is nog veel wat de wetenschap niet weet over de werking van het brein. Toch zien we dagelijks de effecten van ons brein ook in onze begeleidingskundige beroepen. In dit nummer staat het brein centraal, verbonden aan persoonlijke ervaringen en professionele inzichten. Ons brein stelt ons in staat te werken aan onze ontwikkelidentiteit: we geven onze professionele identiteit continu vorm, waarmee we ‘stevig (leren) staan’. Onder deze titel publiceerde Manon Ruijters haar jongste boek. In ons interview vertelt ze hoe zij zelf haar ontwikkelidentiteit (opnieuw) heeft vormgegeven na haar hartinfarct. Ook in onze professionele ontwikkeling streven we naar groei. In onze huidige, ogenschijnlijk maakbare samenleving wordt ons brein makkelijk verleid tot het willen van meer en meer. Chris Rooijakkers nodigt ons uit om uit de ratrace te stappen. Vanuit haar concept van de voldoende 􀏐iloso􀏐ie pleit ze ervoor, dat voldoende ook ‘voldoet’. Dit pleidooi raakt aan een nieuwe betekenis geven aan taal. Taal en schrijven bieden ruimte aan emotie, waarmee Monique Vos ons een inkijkje in haar brein biedt. Met haar artikel over de werkplek laat ze zien hoe haar privesituatie nauw verweven is met dat wat ze als professional doet. Ons brein heeft invloed op wat er tussen mensen speelt in onze begeleidingskundige beroepen en hoe we vandaag de dag werken. In het interview met neuropsycholoog Margriet Sitskoorn kun je lezen hoe ons brein ons voor de gek houdt in hoe we omgaan met tijd en tijdsbeleving en wat dat doet met ons welzijn. Schade aan het brein kan ontstaan door bijvoorbeeld een ongeval of life events. In veel werkcontexten willen werkgevers, in het kader van diversiteit en arbeidskrapte, mensen aan het werk houden, bij voorkeur op de juiste plek met voldoening en werkgeluk. Begrip van neurologie en wat er mis kan gaan in het brein, kan helpen om de juiste keuzes met en voor de werknemer te maken. Lieke van den Bosch beschrijft wat we er nu van weten en wat het nut is van neuropsychologisch onderzoek als het brein minder of anders werkt. Het brein omvat alles wat we dagelijks doen. De invalshoeken in dit themanummer zijn uiteenlopend en onuitputtelijk. We hopen dat jullie brein uitgenodigd en geprikkeld wordt bij het lezen van deze en andere artikelen in dit nummer. Sietske Jans-Kuperus en Marlies Jellema

Activisme (september 2023)

Redactioneel Belangrijke waarden in de begeleidingskunde zijn onder andere een open houding, uitstellen van je mening en objectief zijn. Tegelijkertijd voelen we ons verbonden met de mensen en organisaties die we begeleiden en willen we allemaal de wereld een stukje mooier maken. Wat doe je dan als je tegen destructieve zaken aanloopt, terwijl je ook objectief wil blijven? Wat als de enige manier om verandering te bereiken lijkt te zijn om in verzet te komen? Wat als je in een organisatie ziet dat bestaande belangen een belemmering vormen voor bijvoorbeeld het realiseren van ‘sustainable development goals’? Mag je je dan ook activistisch opstellen? En zo ja, wanneer dan, in welke vorm, en hoe zet je dit professioneel in? En wat zijn de grenzen daaraan? Natuurlijk kun je stellen: activisme, dat past niet bij begeleidingskunde. Wie zijn wij om te kiezen wat het juiste is, hoe de toekomst eruit moet komen te zien, vanuit ons eigen beperkte wereldbeeld? Tegelijkertijd geldt dat ons werk altijd een interventie is, neutraal blijven is geen optie. En bij sommige thema’s mogen of moeten we misschien wel verder gaan dan we al doen. Actueler wordt het niet. We leven in een tijd waarin de aarde in haar voortbestaan bedreigd wordt. Wat is onze rol daarin? Maar ook op samenlevingsniveau: moet je soms niet opstaan tegen ongelijkheid, ingaan tegen de gevestigde orde, je stem laten horen, kiezen waar je je wel of niet voor inzet ... Dit themanummer gaat over de vraag hoe activisme hoort bij het vak van begeleidingskunde. De artikelen bieden confronterende vragen, zetten aan tot zelfreflectie en geven goede voorbeelden en handvatten. Met als doel om jezelf de vragen te stellen: welke idealen heb ik in mijn werk? Hoe activistisch zou ik willen zijn? En hoe zou ik dat kunnen doen? Naast het uitgebreide introductieartikel van Mieke Moor, zelf recent lid geworden van Extinction Rebellion, komen thema’s aan bod als ethische dilemma’s in het werk (Marianne Eussen en Johan Vermeule), wetenschappelijk activisme (Gijs Diercks), het fenomeen roofbouw (Mieke Voogd), lessen van ontmoetingen tussen toezichthouders en activisten (Jorgen Schram), dromen en doen als een activist (Laura Bas). Ook behandelen we een inspirerend boek (interview met An Kramer) en een podcast met jonge ondernemers (Robbin Reijnen). Tot slot bieden we een inkijkje in een van de meest duurzame huizen van Drenthe: de werkplek van LVSC-lid Stieneke Lucassen. Dit themanummer hebben we met twee coördinatoren geredigeerd uit onze redactie. We staan open voor gastredacteuren. Mocht je hiervoor belangstelling hebben, laat het ons weten. Voor nu veel leesplezier en inspiratie gewenst! Carole van de Logt en Jorren Scherpenisse

(On)gelijkheid ( juni 2023)

Redactioneel We kunnen er niet omheen: ongelijkheid is overal. Elke dag ervaren we de negatieve effecten van de toenemende ongelijkheid in de samenleving. We zien dit bijvoorbeeld in inkomensongelijkheid, waarbij de jonge generatie werkenden, ondanks een goede opleiding, soms niet rond kan komen, terwijl andere generaties het financieel goed hebben, met de zekerheid van de waarde van hun huis en spaargeld. We zien dat de kansenongelijkheid van kinderen al begint op de basisschool en voor het leeuwendeel afhankelijk is van de woonplaats of buurt en het opleidingsniveau van de ouders. En we zien dit als we kijken naar de ongelijkheid op het vlak van gender en ras, waarbij dus niet talenten en kwaliteiten de kansen bepalen, maar (voor)oordelen en aannames. Die ongelijkheid leidt tot verdeeldheid en draagt niet bij aan een gezonde cultuur. Ook niet op het werk. Onze omgeving en cultuur dragen bij aan ons welzijn. Of niet, zoals blijkt uit het artikel van Hans van der Loo. Hij geeft inzicht in de ontwikkeling van toxische werkculturen en wat een coach kan betekenen. Ik ben blij met dit thema en ik ben dan ook trots op de waardevolle artikelen in dit nummer. Maar er komt mij hierin geen eer toe. Als hoogopgeleide witte vrouw is het makkelijk om je kop boven het maaiveld uit te steken met een prikkelend nummer. Wellicht dat er een meneer valt over het artikel van Julia Wouters over gender en ons daarop aanspreekt. Maar zolang het niet viral gaat op sociale media, kunnen Julia en ik daar prima mee omgaan. Dat is onze luxepositie; als we bovendien ook nog eens van het mannelijke geslacht waren geweest, dan was die positie nog luxer geweest, zoals Julia in haar artikel onderbouwt. Hoe anders is dat als je Imran of Șeydâ heet. En bovendien een begeleidingskundige bent in een overwegend witte beroepsgroep. Als Imran of Șeydâ dan hun verhaal doen en daarmee lezers confronteren met pijnpunten, dan is hun positie kwetsbaar. Dan is het uitwerken van een artikel spannend. Dan draait het om lef. Ik ben blij dat Imran Çınar, Jeannette Bonnema en Şeydâ Buurman-Kutsal bereid waren in dit nummer hun stem te laten horen en inzichtelijk te maken wat we nog te doen hebben als beroepsgroep: stappen maken naar inclusiviteit. En zoals je ook kunt lezen in verschillende artikelen begint dat bij bewustwording. Samen kunnen we bouwen aan een inclusieve samenleving met een open aanspreekcultuur, waarbij we streven naar gelijkheid en een gezonde (werk)cultuur. Dat draagt bij aan stabiliteit, solidariteit en versterkt ons als groep, in plaats van dat het ons verdeelt. Dus kijk en luister en doe wat in verschillende artikelen naar voren komt: maak bespreekbaar wat besproken moet worden. Marlies Jellema


Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper